1.
Het is de be- of verwerker verboden varkens te aanvaarden of te doen aanvaarden.
2.
Het in het eerste lid bedoelde verbod geldt niet indien de be- of verwerker is gecertificeerd en:
a.
varkens aanvaardt die afkomstig zijn van een gecertificeerd bedrijf waar gedurende een jaar voorafgaand aan de slachtdatum geen niet-toegestane stoffen of omzettingsproducten daarvan zijn aangetroffen; of
d.
varkens aanvaardt die afkomstig zijn van een gecertificeerd bedrijf waar gedurende een jaar voorafgaand aan de slachtdatum niet-toegestane stoffen of omzettingsproducten daarvan zijn aangetroffen, onder de voorwaarde dat de be- of verwerker middels de bemonsteringsverklaring, bedoeld in het vierde lid, aantoont dat op het bedrijf waarvan de varkens afkomstig zijn, overeenkomstig het bepaalde in het derde lid bemonstering heeft plaatsgevonden; of
e.
varkens aanvaardt die niet afkomstig zijn van een gecertificeerd bedrijf, onder de voorwaarde dat de be- of verwerker middels de bemonsteringsverklaring, bedoeld in het vierde lid, aantoont dat op het bedrijf waarvan de varkens afkomstig zijn, overeenkomstig het bepaalde in het derde lid bemonstering heeft plaatsgevonden.
a.
De monsters, bedoeld in het tweede lid, onder d. en e., worden genomen door een door de voorzitter erkende instantie, die voldoet aan de door het bestuur bij besluit vastgestelde erkenningsvoorwaarden. De voorzitter kan de erkenning van de instantie intrekken indien de instantie niet of niet meer voldoet aan de erkenningsvoorwaarden. De analyse van de monsters geschiedt door een laboratorium dat erkend is bij of krachtens de
Diergeneesmiddelenwet . Uitsluitend de monsters die zijn aangeleverd door de instantie, bedoeld in de eerste volzin, worden geanalyseerd.
b.
De bemonstering, bedoeld in het tweede lid, onder d. en e., vindt per bedrijf vier maal per jaar plaats en wordt steekproefsgewijs uitgevoerd in één of meerdere afdeling(en) binnen het bedrijf. De afdelingen waarin bemonstering heeft plaatsgevonden blijven tot de dag na het bekend worden van het resultaat van het onderzoek van de genomen monsters of gedurende drie weken na de dag van bemonstering, compleet en gedurende deze termijn op het bedrijf aanwezig.
c.
De varkens die overeenkomstig het bepaalde in het tweede lid, onder d. en e., zijn bemonsterd, worden door de instantie, bedoeld onder a., gemerkt en geregistreerd. De eigenaar of houder van de varkens is verplicht te gedogen dat op of aan varkens een merk wordt aangebracht.
d.
Het is verboden de op grond van deze verordening aangebrachte merken geheel of gedeeltelijk te verwijderen, te veranderen, onleesbaar te maken, dan wel andere handelingen te verrichten waardoor deze merken niet meer geschikt zijn ter identificatie van de betrokken varkens.
a.
De be-of verwerker toont de bemonstering, bedoeld in het tweede lid, onder d. en e., aan door middel van een door de instantie, bedoeld in het derde lid, onder a., opgestelde en geldige bemonsteringsverklaring.
b.
De bemonsteringsverklaring, bedoeld onder a., bevat ten minste de navolgende gegevens:-
dagtekening;-
het Unieke Bedrijfsnummer van het bedrijf waar bemonstering heeft plaatsgevonden;-
datum van bemonstering;-
resultaat van het onderzoek van de genomen monsters.
c.
De bemonsteringsverklaring, bedoeld onder a., behoudt zijn geldigheid gedurende ten hoogste vijf maanden na dagtekening hiervan, met dien verstande dat de geldigheid vervalt op de dag dat een termijn van drie weken na de dag van de eerstvolgende bemonstering, is verstreken.