Verordening gegevensverstrekking door de leden van de KBvG
De Ledenraad van de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders,
Overwegende dat de KBvG tot taak heeft de bevordering van een goede beroepsuitoefening door de leden van de KBvG en van hun vakbekwaamheid;
Gelet op de artikelen 57, tweede lid, en 80, vijfde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet;
Gezien het ontwerp van het bestuur en de bijbehorende toelichting;
Gehoord het advies van de Algemene Ledenvergadering van de KBvG;
Stelt de navolgende verordening vast:
1.
Het bestuur stelt jaarlijks bij reglement vast welke gegevens verband houdend met de beroepsuitoefening door de gerechtsdeurwaarder de leden dienen te verstrekken en binnen welke termijn en op welke wijze dat dient te gebeuren, na goedkeuring door de Ledenraad .
2.
Het bestuur kan de leden verzoeken om naast de in lid 1 bedoelde gegevens, incidenteel ook andere gegevens verband houdend met de beroepsuitoefening door de gerechtsdeurwaarder, te verstrekken aan het bestuur.
1.
Ieder lid van KBvG is gehouden het bestuur zo spoedig mogelijk te informeren indien zich een situatie voordoet of dreigt voor te doen die het aanzien van het ambt schaadt of zou kunnen schaden.
3.
Ieder lid van de KBvG is gehouden het bestuur tijdig te informeren over een bij hem bestaand voornemen tot defungeren, een door hem gedaan verzoek tot toevoeging van een kandidaat-gerechtsdeurwaarder, het eindigen van een toevoeging aan hem van een kandidaat-gerechtsdeurwaarder en over een verzoek tot benoeming van een waarnemer en tot het beëindigen van een waarneming.
4.
Ieder lid van de KBvG is gehouden het bestuur bij wijziging van zijn vestigingsplaats of bij ontslag te informeren waar en door welk lid van de KBvG zijn register en repertorium wordt gehouden.
Artikel 5. inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag van de tweede maand na die van de dag van de bekendmaking door plaatsing in de Staatscourant.