Verordening van het Bosschap van 8 december 2011 houdende regels ter zake van de aan de onder de werkingssfeer van het Bosschap vallende ondernemingen op te leggen heffing subsidies en bijdragen voor het jaar 2012 (Verordening Bosschap Heffing Subsidies en Bijdragen 2012)
Gelet op:
Gelet op artikelen 93, 95 en 126 van de Wet op de bedrijfsorganisatie en op artikel 7 van het Instellingsbesluit Bosschap;
1.
onderneming: onderneming waarvoor het Bosschap is ingesteld:
a.
onderneming waarin de bosbouw, het bosbeheer, en natuurbeheer of de houtteelt wordt uitgeoefend;
6.
heffingsplichtige: de ondernemer wiens onderneming op 1 januari 2012 staat ingeschreven in het register;
9.
heffing: de hectareheffing of de omzetheffing;
10.
voorzitter: voorzitter van het Bosschap.
1.
De heffingsplichtige is voor het jaar 2012 per onderneming als bedoeld in
artikel 1, onder 1.a. een hectareheffing aan het Bosschap verschuldigd van € 0,18 per ha bosgrond.
2.
Indien de oppervlakte bosgrond niet in het register staat opgenomen, wordt deze oppervlakte geschat en wordt de heffing ambtshalve door de voorzitter opgelegd.
1.
De heffingsplichtige met betrekking tot een onderneming als bedoeld in
artikel 1, onder 1.b., ontvangt voor iedere bosbouwambachtonderneming een ‘formulier voor opgave omzet boswerk’.
2.
De voorzitter stelt het formulier als bedoeld in lid 1 voorafgaand vast.
3.
Verzending van een formulier als bedoeld in lid 1 kan achterwege blijven indien de gevraagde gegevens op een andere wijze worden verkregen.
4.
De heffingsplichtige verstrekt de op het formulier als bedoeld in lid 1 gevraagde gegevens binnen een maand na ontvangst van dit formulier.
5.
De heffingsplichtige is voor het jaar 2012 per bosbouwambachtonderneming een omzetheffing aan het Bosschap verschuldigd volgens onderstaande tariefschaal.
6.
De omzet wordt bepaald aan de hand van het ‘formulier voor opgave omzet boswerk 2011’, waarop is aangegeven: -
de hoeveelheid omzet aan boswerk in geld (excl. BTW)-
de hoeveelheid omzet aan boswerk in m
3 gekocht of verkregen hout als bedoeld in
artikel 1, zesde lid van de Registratieverordening Bosschap 2010.
Voor de bepaling van de omzet in m
3 over 2011 wordt het gekochte of verkregen hout gewaardeerd tegen € 11,90 per m
3 .
7.
Indien de omzet boswerk als bedoeld in de voorgaande leden niet in het register staat opgenomen, wordt deze geschat en wordt de heffing ambtshalve door de voorzitter opgelegd.
Artikel 4
Voor de toepassing van deze verordening wordt gebruik gemaakt van de gegevens, verstrekt krachtens de Registratieverordening Bosschap 1954, de Registratieverordening Bosschap 1957, de Registratieverordening Bosschap 1990, de Registratieverordening Bosschap 1998, de
Registratieverordening Bosschap 2002 , de
Registratieverordening Bosschap 2006 , de
Registratieverordening Bosschap 2009 , de
Registratieverordening Bosschap 2010 en de opgave van de behaalde omzet als bedoeld in
artikel 3.
1.
Aan de heffingsplichtige die lid of indirect lid is van: -
de Nederlandse Vereniging van Boseigenaren (verder: NVBE) of-
de Algemene Vereniging Inlands Hout (verder: AVIH)
wordt een aftrek toegestaan ter grootte van 50% van de aan de NVBE of AVIH betaalde contributie, tot een maximum van 10% van de heffing inzake subsidies en bijdragen 2012.
Bij de berekening van de aftrek worden alleen de hectareheffing en omzetheffing betrokken en alleen het hectare- of omzetgerelateerde deel van de contributie aan NVBHE en AVIH.
De aftrek wordt voorts slechts verleend, indien uit door NVBE en AVIH verstrekte opgaven blijkt, dat de contributie over het aan de heffing voorafgaande jaar is betaald.
2.
Onder indirecte leden van de NVBE worden in dit verband verstaan leden van de NVBE Sectie Overheden en leden van de Federatie Particulier Grondbezit, alleen en voor zover zij bos of natuur in eigendom, erfpacht, opstalrecht of vruchtgebruik hebben.
Onder directe leden van de NVBE worden verstaan Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en De Landschappen.
4.
Aan de heffingsplichtige wordt per kalenderjaar slechts eenmaal de aftrek, als bedoeld in het eerste tot en met derde lid, toegekend.
Artikel 6
Oplegging van de heffing geschiedt door of namens het bestuur door middel van toezending of uitreiking van een gedagtekende heffingsaanslag aan de heffingsplichtige.
De heffingsaanslag bevat:
a.
de naam van de heffingsplichtige
b.
een specificatie van het bedrag van de heffing;
c.
in de daarvoor in aanmerking komende gevallen het in
artikel 5 bedoelde bedrag van de aftrek;
d.
het totaal van de heffingsaanslag.
1.
De heffingsplichtige voldoet de heffing binnen 30 dagen na dagtekening van de aanslag.
2.
Indien de heffingsplichtige het bepaalde in het eerste lid niet of niet geheel nakomt, ontvangt de heffingsplichtige een herinnering.
3.
Indien de heffingsplichtige de heffing binnen twee weken na dagtekening van de herinnering niet of niet geheel heeft betaald, ontvangt de heffingsplichtige een schriftelijke aanmaning om alsnog binnen 14 dagen te betalen.
4.
Indien de heffingsplichtige de heffing op basis van de in het voorgaande lid genoemde aanmaning niet of niet geheel heeft betaald, volgt invordering bij dwangbevel.
Artikel 8
Deze verordening treedt in werking met ingang 1 januari 2012.
Artikel 9
Deze verordening wordt aangehaald als Verordening Bosschap Heffing Subsidies en Bijdragen 2012.
Driebergen, 8 december 2011