Verordening van het Productschap Vee en Vlees van 12 juli 2006 houdende regels ter bestrijding van de Ziekte van Aujeszky bij varkens (Verordening bestrijding Ziekte van Aujeszky bij varkens (PVV) 2006)
Het bestuur van het Productschap Vee en Vlees,
Gelet op de artikelen 93, eerste en tweede lid, onder b., 102 en 104 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, de artikelen 10 en 11 van het Instellingsbesluit Productschap Vee en Vlees;
Gezien richtlijn 64/432/EEG van de Raad van 26 juni 1964 inzake veterinairrechtelijke vraagstukken op het gebied van het intracommunautaire handelsverkeer in runderen en varkens (Pb EG L121);
Gezien beschikking 2001/618/EG van de Commissie van 23 juli 2001 betreffende aanvullende garanties ten aanzien van de Ziekte van Aujeszky voor het intracommunautaire handelsverkeer van varkens, betreffende criteria voor de over deze ziekte te verstrekken gegevens en houdende intrekking van de Beschikkingen 93/24/EEG en 93/244/EEG (Pb EG L215);
Artikel 1
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. | Productschap: | het Productschap Vee en Vlees; |
b. | Bestuur: | het bestuur van het productschap; |
c. | Voorzitter: | de voorzitter van het productschap; |
d. | Varken: | dier behorende tot de familie der Suidae (Gray 1821); |
e. | Onderneming: | een onderneming waarin de varkenshouderij, waaronder begrepen een wincentrum voor varkenssperma, wordt uitgeoefend; |
f. | ondernemer: | de natuurlijke of rechtspersoon die een onderneming drijft; |
g. | Bedrijf: | bedrijfslocatie van een onderneming; |
h. | Het Aujeszky-virus: | het virus dat de Ziekte van Aujeszky kan veroorzaken; |
i. | gE-test: | test door middel van onderzoek van bloedmonsters op antistoffen tegen glycoproteïne E; |
j. | gB-test: | test door middel van onderzoek van bloedmonsters op antistoffen tegen glycoproteïne B; |
k. | gE-positief: | vaststelling van de aanwezigheid van antistoffen tegen het Aujeszky-virus in het van het varken genomen monster door middel van een gE-test; |
l. | gB-positief: | vaststelling van de aanwezigheid van antistoffen tegen het Aujeszky-virusvaccin, dan wel van het Aujeszky-virus in het van het varken genomen monster door middel van een gB-test; |
m. | besmet bedrijf: | bedrijf waar ofwel de aanwezigheid van het Aujeszky-virus is vastgesteld, op grond van onderzoek aan de hand van viruskweek of PCR-techniek, ofwel antilichamen zijn aangetoond bij meer dan twee monsters, nadat deze serologisch zijn onderzocht en geconfirmeerd, genomen van meer dan twee varkens, afkomstig van één bedrijf; |
n. | contactbedrijf: | bedrijf dat in de periode van 42 dagen voorafgaand aan de vaststelling van een besmet bedrijf vervoerscontact, dan wel persoonsgebonden contact, heeft gehad met dit besmette bedrijf; |
1.
Het is verboden varkens te houden die drager zijn van het Aujeszky-virus.
2.
Het is verboden varkens te houden die zijn gevaccineerd tegen de Ziekte van Aujeszky.
3.
Het verbod in het tweede lid geldt niet voor varkens die worden gehouden door de door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit erkende instantie belast met onderzoek naar het Aujeszky-virus.
4.
De leden 1 en 2 zijn niet van toepassing in het geval het aanhouden van deze varkens is gelast, respectievelijk de vaccinatie van deze varkens is gelast krachtens
artikel 5.
1.
De ondernemer is verplicht iedere vier maanden het door het bestuur bij besluit vast te stellen aantal bloedmonsters van door hem gehouden varkens aan te leveren aan een ingevolge de
Regeling erkenning en aanwijzing veterinaire laboratoria inzake de Ziekte van Aujeszky erkend dan wel aangewezen laboratorium.
2.
De voorzitter verkrijgt het eigendom van de bloedmonsters als bedoeld in het eerste lid.
3.
Op kosten van de ondernemer worden de bloedmonsters bedoeld in het eerste lid door middel van een gE test onderzocht op de aanwezigheid van het Aujeszky-virus.
4.
Bloedmonsters kunnen steekproefsgewijs op aanwijzing van de voorzitter door middel van een gB-test worden onderzocht ter controle van de naleving van het verbod gevaccineerde varkens te houden.
5.
De ondernemer is verplicht toegang te verlenen op zijn bedrijf aan het door de voorzitter ingeschakelde specialistenteam, ook is de ondernemer verplicht medewerking te verlenen aan het door dit specialistenteam te verrichten nader onderzoek.
Artikel 4
De voorzitter kan de ondernemer gelasten, volgens door het bestuur bij besluit vast te stellen regels, in zijn onderneming aanwezige varkens, door een door het bestuur aangewezen dienst te doen onderzoeken op de aanwezigheid van het Aujeszky-virus, dan wel op de aanwezigheid van antistoffen tegen het Aujeszky-virus.
1.
In het geval uit het onderzoek bedoeld in de
artikelen 3 en
4 blijkt dat er sprake is van de aanwezigheid van de Ziekte van Aujeszky:
a.
Is de ondernemer verplicht mee te werken aan nader onderzoek naar de aanwezigheid van de Ziekte van Aujeszky;
b.
Is de ondernemer verplicht mee te werken aan vaccinatie tegen de Ziekte van Aujeszky;
c.
Is aan- of afvoer van varkens, varkenssperma, varkensembryo’s en varkensmest, verboden in door het bestuur bij besluit nader bepaalde situaties;
d.
kan de ondernemer worden gewezen op het belang van versnelde afvoer van zijn varkens met als bestemming de slachterij;
e.
Is de ondernemer verplicht de transportmiddelen waarin zijn varkens zijn vervoerd onverwijld na het transport te reinigen en te ontsmetten.
Het bestuur kan deze bestrijdingsmaatregelen nader uitwerken in een door het bestuur vast te stellen besluit.
2.
Het bestuur legt de maatregelen ter bestrijding van een uitbraak van de Ziekte van Aujeszky neer in een door hem vast te stellen bestrijdingsplan.
3.
Het bestuur kan bij besluit de voorzitter de bevoegdheid geven om in het kader van de bestrijding van een uitbraak van de Ziekte van Aujeszky in bijzondere en individuele gevallen, ondernemers te verplichten varkens tegen de Ziekte van Aujeszky te vaccineren.
4.
De voorzitter wijst het hoofd bestrijding aan die namens de voorzitter de uitvoering van de bestrijding van de Ziekte van Aujeszky ter hand neemt.
5.
Het bestuur stelt bij besluit een commissie van deskundigen in die de voorzitter en de in het vierde lid bedoelde persoon adviseert bij de bestrijding van de Ziekte van Aujeszky.
6.
De voorzitter kan een dienst inschakelen die de uitvoering van bestrijdingsmaatregelen ter hand neemt.
1.
Het toezicht op de naleving van de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften wordt namens het productschap uitgeoefend door een door het bestuur bij besluit aangewezen dienst en door het bestuur aangewezen personen.
2.
Ondernemers zijn verplicht:
a.
aan de door het bestuur aangewezen dienst en personen al die gegevens te verstrekken of te doen verstrekken, die nodig zijn voor de vervulling van hun taak;
b.
aan de door het bestuur aangewezen dienst en personen inzage te geven of te doen geven in die boeken en bescheiden, die nodig zijn voor de vervulling van hun taak;
c.
aan de door het bestuur aangewezen dienst en personen te allen tijde toegang te geven of te doen geven tot hun bedrijfsruimten en tot die plaatsen of vervoermiddelen, waar dan wel waarin voorraden (waaronder begrepen varkens, karkassen, monsters en verpakkingsmateriaal), tot het bedrijf van de ondernemer behorende, zijn opgeslagen dan wel worden vervoerd;
d.
te gedogen dat de door het bestuur aangewezen dienst en personen monsters nemen uit de voorraden van het bedrijf van de ondernemer (waaronder begrepen varkens, karkassen, monsters en verpakkingsmateriaal), ongeacht de plaats waar of waarin zich die voorraden bevinden en de ondernemer zal alsdan de van hem gevorderde medewerking verlenen overeenkomstig de aanwijzingen van de door het bestuur aangewezen dienst en personen.
3.
De in het eerste lid bedoelde personen zijn bevoegd berechtingsrapporten ten behoeve van tuchtrechtelijke afhandeling van overtredingen op te maken.
1.
De door het productschap uit hoofde van deze verordening verkregen gegevens omtrent ondernemingen worden in handen gesteld van de voorzitter. Deze gegevens worden, behoudens aan personeelsleden van het secretariaat van het productschap en personen belast met het toezicht en de handhaving van het bepaalde in deze verordening, niet bekendgemaakt.
2.
In het geval van een uitbraak van de Ziekte van Aujeszky worden gegevens bekend gemaakt van besmette bedrijven en bedrijven waarvoor bestrijdingsmaatregelen gelden, dit ter voorkoming van verdere verspreiding van de uitbraak.
3.
De dienst en personen als bedoeld in
artikel 6, eerste lid, zijn gehouden de uit hoofde van hun wettelijke taak verkregen gegevens vertrouwelijk te behandelen.
2.
Aan een vrijstelling of ontheffing kunnen beperkingen, nadere voorwaarden en voorschriften worden verbonden. Zij kunnen te allen tijde worden ingetrokken.
1.
De in deze verordening met betrekking tot ondernemers gestelde regelen zijn mede bindend voor natuurlijke en rechtspersonen die varkens aanwezig hebben anders dan in een onderneming.
2.
Waar in deze verordening wordt gesproken van ondernemers onderscheidenlijk ondernemingen, worden daaronder mede begrepen de in het eerste lid bedoelde personen, onderscheidenlijk de grond, het erf en de gebouwen waarop en waarin de in het eerste lid bedoelde varkens aanwezig zijn.
Artikel 10
Op overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze verordening worden tuchtrechtelijke maatregelen gesteld zoals voorzien in de
Wet tuchtrechtspraak bedrijfsorganisatie 2004 .
Artikel 12
De
Verordening bestrijding Ziekte van Aujeszky 2002 wordt ingetrokken.
1.
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening bestrijding Ziekte van Aujeszky bij varkens (PVV) 2006.
2.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dag van dagtekening van het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie waarin zij wordt geplaatst.