Registratie en aanlevering kostprijzen geriatrische revalidatiezorg
Op grond van artikel 36, 61 en 68 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), is de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) bevoegd tot het stellen van regels op het gebied van registratie en aanlevering kostprijzen geriatrische revalidatiezorg
Artikel 1. Reikwijdte
Deze regeling is van toepassing op instellingen die geriatrische revalidatiezorg (GRZ) leveren en door de NZa via een schriftelijk informatieverzoek op grond van
artikel 61 Wmg, met inachtneming van de beleidsregel ‘Kostprijsberekening geriatrische revalidatiezorg’ (BR/CU-2112), verplicht zijn om kostprijzen aan te leveren.
Artikel 2. Doel van de regeling
Doel van deze regeling is te borgen dat aangeleverde kostprijsgegevens betrouwbaar en bruikbaar zijn voor de vaststelling van tarieven voor de GRZ.
3.1
Aanleversjabloon
Format waarin kostprijsinformatie door een GRZ aanbieder dient te worden aangeleverd, toegevoegd als bijlage 2 bij de beleidsregel ‘Kostprijsberekening geriatrische revalidatiezorg’ (BR/CU-2112).
3.3
Onderzoeksprotocol
Een onderzoeksprotocol geeft richtlijnen voor een externe accountant die onderzoek doet naar de juistheid van de aangeleverde kostprijsgegevens.
3.4
DBC-zorgproduct
Een Diagnose Behandeling Combinatie (DBC) is een declarabele prestatie die het resultaat is van het totale traject van de diagnose die de zorgverlener stelt tot en met de (eventuele) behandeling die hieruit volgt. Vanaf 1 januari 2013 worden zorgprestaties voor de geriatrische revalidatiezorg uitgedrukt in DBC-zorgproducten.
3.5
Geriatrische revalidatiezorg (GRZ)
Revalidatiezorg zoals een specialist ouderengeneeskunde pleegt te bieden.
3.6
Kostprijs
De kosten in verband met het verrichten of leveren van bepaalde zorgactiviteiten of zorgproducten waarbij de toerekening plaatsvindt conform het kostprijsmodel als beschreven in de beleidsregel Kostprijsberekening geriatrische revalidatiezorg’.
3.7
Kostprijsmodel
Document dat begrippen, definities, rekenregels, verdeelsleutels en praktische aanwijzingen bevat, welke tezamen een beschrijving vormen van de wijze waarop kostprijzen in de GRZ berekend worden.
Dit document is toegevoegd als bijlage 1 bij de beleidsregel ‘Kostprijsberekening geriatrische revalidatiezorg’ (BR/CU-2112).
3.8
Terugkoppelsjabloon
Dit document, toegevoegd als bijlage 3 bij de beleidsregel ‘Kostprijsberekening geriatrische revalidatiezorg’ (BR/CU-2112), dient gebruikt te worden voor de vastlegging van de keuzes bij de kostprijsberekening. De instelling dient dit terugkoppelsjabloon in te vullen voor de interne vastlegging en voor de externe verslaglegging van de kostprijsberekening. Dit sjabloon is zo opgesteld dat het de fases van het kostprijsmodel volgt, zoals beschreven in het kostprijsmodel.
4.1.
De GRZ-instelling is verplicht om vóór 1 juli JAAR[x] kostprijzen volgens het kostprijsmodel aan te leveren over JAAR[x-1] voor de tariefberekening voor JAAR[x+2].
4.2.
De instelling maakt voor deze aanlevering gebruik van een aanleversjabloon en terugkoppelsjabloon die als bijlagen onderdeel uitmaken van de beleidsregel ‘Kostprijsberekening geriatrische revalidatiezorg’. De instelling levert aan volgens de vereisten van dit aanleversjabloon en vult het terugkoppelsjabloon volledig en naar waarheid in.
1
4.3.
De aangeleverde kostprijsinformatie dient betrouwbaar en controleerbaar te zijn om voldoende kwaliteitsgaranties te hebben voor de tariefberekening.
4.4.
De instelling stuurt alle gevraagde gegevens tijdig en volledig op naar formulierencure@nza.nl met als onderwerp ‘kostprijsaanlevering GRZ’.
5.1.
De GRZ-Instelling zorgt dat een accountant de juistheid van de verstrekte gegevens en inlichtingen bevestigt door middel van een Assurance rapport. Dit Assurance rapport is opgesteld overeenkomstig de eisen van het onderzoeksprotocol dat als
bijlage 1 bij deze regeling is opgenomen. In
bijlage 2 , behorend bij deze regeling, is een voorbeeldtekst van een (goedkeurend) Assurance rapport opgenomen.
5.2.
De GRZ-instelling dient dit Assurance rapport mee te zenden met de overige gegevens die worden opgevraagd zoals beschreven in
artikel 4.4 van deze regeling.
6.1.
De instelling zorgt dat documentatie over de uitvoering van de berekening en over de gemaakte onderliggende keuzes beschikbaar en controleerbaar is voor de accountant en de NZa.
De documentatie dient tot twee jaar na aanlevering aan de NZa beschikbaar te zijn.
6.2.
De documentatie bedoeld in het voorgaande artikellid betreft in ieder geval:
a)
De toepassing van de principes zoals opgenomen in het kostprijsmodel;
b)
De gemaakte keuzes in de kostprijsberekening (waaronder de ratoberekening van indirecte kosten naar directe kosten per zorgproduct);
c)
De gehanteerde principes in de kostprijsberekening en de wijze waarop de principes zijn ingevuld;
d)
Gemaakte correctieboekingen in productie, kosten of opbrengsten.
De Raad van Bestuur van de Nederlandse Zorgautoriteit,