{**}
Rechtenmedia.nl - Juridische Online Uitgeverij  Rechtennieuws.nl | Jure.nl | Maxius.nl | Parlis.nl | Rechtenforum.nl | Vacatures | MijnWetten.nl | AdvocatenZoeken.nl | Rechtentotaal.nl
» Energiewijzer « advertorial
Bespaar geld en stap over!
Energiewijzer.nl, eerlijk over energie.

Juridische vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature

Powered by Jbmatch.nl

Inhoudsopgave
+ Hoofdstuk 1. Begripsbepalingen
+ Hoofdstuk 2. De uitkering
+ Hoofdstuk 3. Het ouderdomspensioen
- Hoofdstuk 4. Het nabestaandenpensioen en wezenpensioen
+ Hoofdstuk 5. Toekenning en betaling van pensioen en uitkering
+ Hoofdstuk 6. Financiële bepalingen
+ Hoofdstuk 7. Informatieverplichtingen
+ Hoofdstuk 8. Overgangs- en slotbepalingen
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht

Pensioenbesluit politieke gezagdragers BES

Bwb-id:
Officiele titel:
Citeertitel:
Soort regeling:
Wetsfamilies:
Eerst verantwoordelijk ministerie:

Geldigheidsdatum:
Ingangsdatum:
1.
Recht op nabestaandenpensioen heeft de nabestaande van een politieke gezagdrager, gewezen politieke gezagdrager of gepensioneerde politieke gezagdrager.
2.
Geen recht op nabestaandenpensioen bestaat indien het huwelijk was gesloten nadat het ontslag van de echtgenoot was ingegaan, tenzij
a. de echtgenoot ten tijde van het sluiten van het huwelijk recht had op uitkering ter zake van zijn ontslag als politieke gezagdrager, of
b. de echtgenoten reeds voor het ontslag met elkaar gehuwd waren geweest en mits het huwelijk was gesloten voordat de politieke gezagdrager de leeftijd als bedoeld in artikel 6 van de Wet algemene ouderdomsverzekering BES had bereikt.
3.
Voor de toepassing van het tweede lid wordt het ontslag geacht niet te zijn ingegaan, indien zonder wezenlijke onderbreking weer als politieke gezagdrager optreedt.
4.
Van een wezenlijke onderbreking is geen sprake indien deze ten hoogste twee maanden heeft geduurd.
1.
Recht op bijzonder nabestaandenpensioen heeft de vrouw of man met wie een overleden politieke gezagdrager, gewezen politieke gezagdrager of gepensioneerde politieke gezagdrager gehuwd is geweest, mits hij of zij recht op nabestaandenpensioen zou hebben gehad, indien de politieke gezagdrager, gewezen politieke gezagdrager of gepensioneerde politieke gezagdrager zou zijn overleden op de dag, waarop het vonnis, waarbij de echtscheiding of de ontbinding van het huwelijk is uitgesproken, is ingeschreven in het daartoe ingestelde register.
2.
Het eerste lid is niet van toepassing indien de desbetreffende vrouw of man als gevolg van een huwelijk met dezelfde politieke gezagdrager ter zake van diens overlijden recht op nabestaandenpensioen verkrijgt.
1.
Recht op wezenpensioen hebben na het overlijden van een politieke gezagdrager, gewezen politieke gezagdrager of gepensioneerde politieke gezagdrager:
a. de kinderen tot wie de overledene in familierechtelijke betrekking stond die de leeftijd van 18 jaren nog niet hebben bereikt en niet gehuwd zijn of gehuwd geweest zijn;
b. de kinderen van een mannelijke politieke gezagdrager tot wie hij niet in familierechtelijke betrekking stond die de leeftijd van 18 jaren nog niet hebben bereikt en niet gehuwd zijn of gehuwd geweest zijn, indien hem ten behoeve van deze kinderen ten tijde van zijn overlijden een onderhoudsplicht krachtens artikel 394 van boek I van het Burgerlijk Wetboek BES was opgelegd, dan wel door hem bij authentieke akte een onderhoudsplicht was erkend;
c. de kinderen die de leeftijd van 18 jaren nog niet hebben bereikt en niet gehuwd zijn of gehuwd geweest zijn voor wie de overledene ten tijde van diens overlijden de pleegouderlijke zorg droeg.
2.
Het eerste lid is eveneens van toepassing op de kinderen die de leeftijd van 18 maar niet van 25 jaren hebben bereikt en niet gehuwd zijn of gehuwd geweest zijn, naar de onderscheidingen en voorwaarden in het eerste lid gesteld, en:
a. van wie de tijd, behoudens in geval van ziekte of vakantie, geheel of grotendeels in beslag wordt genomen door of in verband met het volgen van onderwijs; of
b. die naar het oordeel van het bevoegde gezag ten gevolge van ziekten of gebreken blijvend buiten staat zijn om met arbeid die voor hun krachten is berekend, eenderde te verdienen van hetgeen lichamelijk en geestelijk gezonde kinderen van gelijke leeftijd in staat zijn met zodanige arbeid te verdienen.
3.
Het eerste en tweede lid zijn niet van toepassing op deze kinderen, indien zij zijn geboren, dan wel de pleegouderlijke zorg is begonnen nadat aan de betrokkene ontslag als politieke gezagdrager is verleend. Artikel 15, tweede en derde lid, zijn van overeenkomstige toepassing.
1.
Indien een politieke gezagdrager, gewezen politieke gezagdrager of gepensioneerde politieke gezagdrager naar het oordeel van het bevoegde gezag is vermist, hebben degenen die aan het overlijden van de politieke gezagdrager, gewezen politieke gezagdrager of gepensioneerde politieke gezagdrager recht op pensioen zouden ontlenen, recht op tijdelijk pensioen op dezelfde voet als in de voorgaande artikelen van dit hoofdstuk is omschreven.
2.
Het tijdelijke pensioen gaat van rechtswege over in een voortdurend pensioen zodra het vermoedelijke overlijden van de vermiste is vastgesteld.
1.
Het nabestaandenpensioen bedraagt zeventig procent van het pensioen, waarop de overleden politieke gezagdrager als zodanig recht zou hebben gehad indien hij met ingang van de dag na die van het overlijden was ontslagen of waarop de overleden gewezen of gepensioneerde politieke gezagdrager als zodanig op de dag van overlijden uitzicht respectievelijk recht had.
2.
In afwijking van het vorige lid bedraagt het pensioen van de nabestaande van degene die overlijdt:
a. als politieke gezagdrager vóór het bereiken van de leeftijd als bedoeld in artikel 6 van de Wet algemene ouderdomsverzekering BES, vijf zevende gedeelte van het pensioen waarop die politieke gezagdrager aanspraak zou hebben kunnen maken, indien hij het ambt tot het bereiken van evengenoemde leeftijd zou hebben bekleed;
b. als gewezen politieke gezagdrager in de periode, waarover hem een uitkering is toegekend, vijf zevende deel van het pensioen waarop die gewezen politieke gezagdrager recht zou hebben, indien hij tot het bereiken van de leeftijd als bedoeld in artikel 6 van de Wet algemene ouderdomsverzekering BES recht op uitkering zou hebben gehad, met dien verstande, dat voor de berekening van het pensioen de diensttijd wordt doorgeteld in de mate waarin deze op grond van het bepaalde in artikel 12, tweede lid, als diensttijd geldt op de dag van overlijden.
1.
Het bijzonder nabestaandenpensioen van de nabestaande van een politieke gezagdrager, gewezen politieke gezagdrager of gepensioneerde politieke gezagdrager wordt op dezelfde wijze berekend als het pensioen van de nabestaande van een politieke gezagdrager, gewezen politieke gezagdrager of gepensioneerde politieke gezagdrager, met dien verstande dat slechts de diensttijd meetelt die is gelegen vóór de ontbinding van het huwelijk.
2.
Indien er aan hetzelfde overlijden recht op meer dan een bijzonder nabestaandenpensioen als bedoeld in dit hoofdstuk, wordt ontleend, vindt het eerste lid overeenkomstige toepassing met dien verstande dat voor de berekening van het bijzonder nabestaandenpensioen ontleend aan elk huwelijk waaraan een eerder huwelijk voorafgaat, slechts de diensttijd meetelt die samenloopt of geacht kan worden samen te lopen met de huwelijksduur.
3.
Indien er bij een overlijden recht bestaat op een of meer bijzondere nabestaandenpensioenen wordt het nabestaandenpensioen dat aan hetzelfde overlijden wordt ontleend met het bedrag daarvan verminderd.
Artikel 21
Indien een nabestaande hertrouwt, wordt het pensioen van betrokkene opnieuw vastgesteld vanaf de maand volgende op die waarin de nabestaande hertrouwt. Daarbij wordt uitsluitend de voor pensioen in aanmerking komende diensttijd van de politieke gezagdrager, gewezen politieke gezagdrager of gepensioneerde politieke gezagdrager in aanmerking genomen, die gelegen is voor het tijdstip van diens overlijden.
1.
Het wezenpensioen bedraagt:
a. voor elk kind wiens overlevende ouder aan het overlijden van de politieke gezagdrager, gewezen politieke gezagdrager of gepensioneerde politieke gezagdrager recht op pensioen ontleent, veertien procent;
b. voor elk ander kind, achtentwintig procent, van het pensioen van de overledene, berekend met inachtneming van artikel 19.
2.
Voor de toepassing van het eerste lid wordt onder ouder mede begrepen de nabestaande die op het tijdstip van het overlijden van de politieke gezagdrager, gewezen politieke gezagdrager of gepensioneerde politieke gezagdrager de pleegouderlijke zorg had van het kind, bedoeld in artikel 17, eerste lid, sub c.
1.
Het wezenpensioen wordt overeenkomstig artikel 22 herberekend, wanneer het nabestaandenpensioen of het bijzonder nabestaandenpensioen van de ouder wegens diens overlijden is geëindigd.
2.
Wanneer het nabestaandenpensioen van de ouder krachtens artikel 21 wegens hertrouwen opnieuw wordt vastgesteld, wordt het wezenpensioen bedoeld in artikel 22, eerste lid, sub a, verhoogd met een bedrag, dat zich verhoudt tot het bedrag van dat wezenpensioen, zoals het verschil tussen het nabestaandenpensioen bedoeld in artikel 19, vóór en na toepassing van artikel 21 zich verhoudt tot dat nabestaandenpensioen vóór die toepassing.
3.
Voor de toepassing van dit artikel is artikel 22, tweede lid, van overeenkomstige toepassing.
Artikel 24
Het tijdelijk pensioen is gelijk aan het pensioen waarop recht zou bestaan indien de vermiste op de dag van de vermissing was overleden.
1.
Het gezamenlijk bedrag van de pensioenen, bedoeld in dit hoofdstuk, gaat het pensioenbedrag waarvan die pensioenen zijn afgeleid niet te boven.
2.
Indien wegens toepassing van het eerste lid de daarbedoelde pensioengedeelten een vermindering moeten ondergaan, geschiedt deze in evenredigheid van de onderscheidene bedragen.
1.
Zo spoedig mogelijk na het overlijden van een gepensioneerde politieke gezagdrager wordt aan diens nabestaande, van wie hij niet duurzaam gescheiden leefde, een uitkering toegekend ten bedrage van het pensioen van die politieke gezagdrager over een tijdvak van twee maanden.
2.
Laat de overledene geen betrekking na als bedoeld in het eerste lid, dan geschiedt de uitkering van het in het eerste lid bedoelde bedrag ten behoeve van kinderen tot wie de overledene in familierechtelijke betrekking stond die de leeftijd van 21 jaren nog niet hebben bereikt en niet gehuwd zijn of gehuwd geweest zijn, of van kinderen die de leeftijd van 21 jaren nog niet hebben bereikt en niet gehuwd zijn of gehuwd geweest zijn waarover de overledene de pleegouderlijke zorg droeg.
3.
Ontbreken ook zodanige kinderen, dan geschiedt de uitkering van het in het eerste lid bedoelde bedrag, indien de overledene kostwinner was van de ouders, meerderjarige kinderen, broeders of zusters, ten behoeve van deze betrekkingen.
4.
Laat de overledene geen betrekkingen, als bedoeld in het eerste en tweede lid na, dan kan het aldaar bedoelde bedrag geheel of gedeeltelijk worden uitgekeerd voor de betaling van de kosten van de laatste ziekte en de lijkbezorging, indien de nalatenschap voor de betaling van die kosten ontoereikend is.