Mededeling 110, betalingskorting De Directeur-Generaal Belastingdienst heeft namens de Staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.
Dit besluit is een herziene versie van het besluit van 11 maart 1998, nr. PHS8/73. Het besluit is herzien in verband met de vervanging van de gulden door de euro per 1 januari 2002 en is tevens geactualiseerd.
1. Algemeen
Naast de automatische incasso is, om de administratieve lastendruk te verlagen voor particulieren en ondernemingen, de zogeheten betalingskorting in het leven geroepen. De regeling is opgenomen in artikel 27a in de Invorderingswet 1990 en is ingegaan op 1 januari 1998. Betalingskorting wordt verleend als een belastingaanslag invorderbaar is in meer dan één termijn en volledig is voldaan vóór of op de éérste vervaldag.
De belastingaanslagen waarop de betalingskorting wordt verleend zijn
voorlopige aanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen, vennootschapsbelasting, premieheffing arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen en premie ziekenfondswet zelfstandigen tot een positief bedrag waarvan het aanslagbiljet een dagtekening heeft die ligt in het jaar waarover deze is vastgesteld.
Het bedrag van de betalingskorting wordt automatisch berekend (COA) en vermeld op het aanslagbiljet. Dit bedrag wordt aangetekend in DACAS als aangeboden korting. Bij de volledige betaling van de belastingaanslag vóór of op de eerste vervaldag mag de berekende betalingskorting op het te betalen bedrag van de belastingaanslag in mindering worden gebracht. Als (een deel) te laat wordt betaald, wordt geen betalingskorting meer verleend. Belastingschuldige ontvangt in dit geval automatisch een acceptgiro voor het restant van de volledige aanslag. Dit laatste bedrag mag dan in termijnen worden betaald, zoals dat op het aanslagbiljet staat vermeld.
2. Berekening van de te verlenen betalingskorting
Voor de berekening van de te verlenen betalingskorting wordt gebruik gemaakt van de volgende formule:
((A x P) × bedrag van de belastingaanslag)/72.000 = de te verlenen betalingskorting
Met A wordt aangegeven het aantal dagen van het tijdvak dat aanvangt op de dag na de vervaldag van de voor de belastingaanslag geldende eerste betalingstermijn en eindigt op de vervaldag van de voor de belastingaanslag geldende laatste betalingstermijn.
De te verlenen betalingskorting wordt berekend over de helft van dit tijdvak. De noemer is daarom (100 × 360 × 2) 72.000.
Hierbij wordt:
a.
de maand waarin de eerste betalingstermijn van de belastingaanslag vervalt, tot het werkelijk aantal dagen in aanmerking genomen met dien verstande dat de maand februari altijd op 28 dagen wordt gesteld; en
b.
een volle maand gesteld op 30 dagen.
P staat voor het rentepercentage voor de te verlenen betalingskorting. Dit is het naar artikel 29 Invorderingswet 1990 bedoelde percentage dat geldt op de vervaldag van de voor de belastingaanslag geldende eerste betalingstermijn. Per 1 januari 2002 is dit percentage 3,45.
Het bedrag van de te verlenen betalingskorting wordt vervolgens naar boven afgerond op hele euro’s.
3. Vermindering van de belastingaanslag waarop korting is verleend
Als een belastingaanslag waarop een korting is verleend (dat wil dus zeggen dat de aanslag volledig is voldaan) nog in hetzelfde tijdvak van die aanslag wordt verminderd, bijvoorbeeld omdat een bezwaarschrift is ingediend, wordt de betalingskorting opnieuw berekend. Hierbij wordt het teveel aan genoten betalingskorting teruggenomen. Deze berekening wordt automatisch uitgevoerd door de COA en meegedeeld op de verminderingsbeschikking die betrekking heeft op de belastingaanslag.
Voor de berekening van de terug te nemen betalingskorting wordt gebruik gemaakt van de volgende formule:
((B x P) x bedrag van de vermindering)/72.000 = de terug te nemen betalingskorting
Met B wordt aangegeven het aantal dagen van het tijdvak dat aanvangt op dag na de dagtekening van het afschrift van de uitspraak of de dagtekening van de kennisgeving waarmee de vermindering wordt bekendgemaakt en eindigt op de vervaldag van de voor de belastingaanslag geldende laatste betalingstermijn.
Hierbij wordt:
a.
de maand waarin de dag na de dagtekening van het afschrift van de uitspraak of de dagtekening van de kennisgeving waarmee de vermindering wordt bekendgemaakt valt, tot het werkelijk aantal dagen in aanmerking genomen met dien verstande dat de maand februari altijd op 28 dagen wordt gesteld; en
b.
een volle maand gesteld op 30 dagen.
De terug te nemen betalingskorting wordt eveneens berekend over de helft van dit tijdvak. De noemer is daarom (100 × 360 × 2) 72.000.
Ook hier staat P voor het eerdergenoemde rentepercentage (zie 110.2.).
Het bedrag van de terug te nemen betalingskorting wordt naar beneden afgerond op hele euro’s.
4. Bezwaarschriften
Uit artikel 30, tweede lid, Invorderingswet 1990 blijkt dat de hoogte van de te verlenen of terug te nemen betalingskorting wordt vastgesteld bij een voor bezwaar vatbare beschikking. Op die beschikking is hoofdstuk V van de Algemene wet inzake rijksbelastingen van toepassing. Tegen de omstandigheid dat betalingskorting niet is verleend omdat de belastingschuldige niet aan de voorwaarden heeft voldaan, kan geen bezwaar worden ingesteld.
De ontvanger behandelt de eventuele bezwaarschriften. In bijlage II zijn modellen opgenomen die gebruikt kunnen worden voor de afhandeling van bezwaarschriften betalingskorting.
Als het bedrag van de berekende betalingskorting tot een te laag bedrag is vastgesteld, moet het verschil tussen het eerder vastgestelde bedrag aan betalingskorting en het nieuw vastgestelde bedrag aan de COA worden doorgegeven met een bericht 072 (teruggaaf van kosten en/of interest).
5. Toekennen nieuwe dagtekening
Als een aanslagbiljet moet worden voorzien van een nieuwe dagtekening omdat bijvoorbeeld het adres niet meer juist is, moet eveneens de betalingskorting opnieuw worden berekend en worden vermeld op het aanslagbiljet.
Het bericht 045 (toekennen nieuwe dagtekening in COA) wordt ook in DACAS aangetekend. Het oorspronkelijke aangeboden kortingsbedrag blijft echter ongewijzigd en kan niet worden aangepast.
6. Bijzondere situaties
Sinds de invoering van de betalingskorting hebben de volgende situaties tot vragen geleid ten aanzien van het te voeren beleid in deze.
6.1. Er is bezwaar gemaakt tegen de aanslag en de vermindering vindt plaats vóór de eerste vervaldag. De belastingschuldige betaalt het bedrag van de verminderde aanslag.
Heeft de vermindering plaatsgevonden vóór of op de eerste vervaldag (hierbij is dagtekening van de verminderingsbeschikking bepalend), dan wordt betalingskorting verleend als ten minste het bedrag van de inmiddels verminderde belastingaanslag vóór of op de eerste vervaldag is voldaan en bij deze betaling ten hoogste het bedrag van de oorspronkelijk berekende betalingskorting in mindering is gebracht.
Door het gewijzigde bedrag van de belastingaanslag moet de te verlenen betalingskorting opnieuw worden berekend. Omdat er geen sprake is van een terug te nemen betalingskorting (het totale bedrag van de oorspronkelijke aanslag is immers niet betaald) vindt de herberekening plaats volgens 110.2 (berekening van de te verlenen betalingskorting). Deze herberekening vindt geautomatiseerd (COA) plaats na verwerking van de verminderingsbeschikking van de belastingaanslag in de COA. De CBA zendt aan de belastingschuldige een kennisgeving waarin het juiste bedrag van de verleende betalingskorting wordt meegedeeld. Deze kennisgeving is geen voor bezwaar vatbare beschikking. In bijlage III is een voorbeeld opgenomen van deze kennisgeving.
Het herberekende bedrag van de verleende betalingskorting wordt in DACAS opgenomen als ‘NW AANB. KORTING’ (zie 110.7)
N.B. Als het volledige, oorspronkelijke bedrag van de belastingaanslag (eventueel met betalingskorting) is betaald wordt de teveel verleende betalingskorting teruggenomen en bekend gemaakt op de verminderingsbeschikking van de belastingaanslag (zie 110.3).
Voorbeeld 1 (Berekening met 3,45% invorderingsrente, situatie 1-1-2002) |
---|
Oorspronkelijk bedrag van de aanslag: | € | 5.995,00 |
Af: Bedrag van de vermindering: | € | 5.443,00 |
Bedrag van de aanslag na vermindering: | € | 552,00 |
Af: Betaald op de aanslag: | € | 552,00 |
Openstaand bedrag: | € | 0,00 |
Af: Bedrag korting (NW AANB.KORTING): | € | 10,00 |
Verschil: (–) | € | 10,00 |
In dit geval zal een bedrag van € 10,00 worden uitbetaald, nadat de herberekende betalingskorting middels berichtcode 072 is ingebracht.
Voorbeeld 2 (Berekening met 3,45% invorderingsrente, situatie 1-1-2002) |
---|
Oorspronkelijk bedrag van de aanslag: | € | 7.749,00 |
Bedrag van de vermindering: | € | 4.767,00 |
Bedrag van de aanslag na vermindering: | € | 2.982,00 |
Af: Betaald op aanslag: | € | 2.929,00 |
Openstaand bedrag: | € | 51,00 |
Af: Bedrag korting (NW AANB.KORTING): | € | 51,00 |
Verschil: | € | 0,00 |
De betalingskorting is door de belastingschuldige tot een juist bedrag vastgesteld. De belastingaanslag wordt gearchiveerd na verwerking van de met een bericht 072 ingebrachte, herberekende betalingskorting.
Voorbeeld 3 (Berekening met 3,45% invorderingsrente, situatie 1-1-2002) |
---|
Oorspronkelijk bedrag van de aanslag: | € | 1.295,00 |
Bedrag van de vermindering: | € | 682,00 |
Bedrag van de aanslag na vermindering: | € | 613,00 |
Af: Betaald op aanslag: | € | 590,00 |
Openstaand bedrag : | € | 22,00 |
Af: Bedrag korting (NW AANB.KORTING): | € | 11,00 |
Verschil: (+) | € | 11,00 |
Belastingschuldige heeft in dit geval het bedrag van de verminderde aanslag betaald, met inachtneming van de oorspronkelijk berekende betalingskorting. Na verwerking van de berichtcode 072, krijgt hij het verzoek om het restant van de belastingaanslag te voldoen binnen tien dagen na dagtekening van de kennisgeving. Ten behoeve daarvan wordt de indicatiecode (INDCO) in de COA verhoogd met twee termijnen. Naast de kennisgeving ontvangt de belastingschuldige een acceptgiro (OLA).
6.2. Er is tijdig bezwaar gemaakt tegen de aanslag en de vermindering vindt plaats na de eerste vervaldag. In afwachting van de vermindering betaalt de belastingschuldige nog niets op de aanslag.
De betalingskorting kan in dergelijke situaties niet worden verleend omdat vóór of op de eerste vervaldag de openstaande formele belastingschuld niet is voldaan. De belastingschuldige mist dus de betalingskorting.
In dit verband wordt verwezen naar de Memorie van Toelichting bij de Wet en naar de voorwaarden zoals die zijn opgenomen in de brochure ‘Betalingskorting op uw belastingaanslag’. Deze laatste luidt als volgt:
‘U heeft recht op de betalingskorting als het volledige bedrag van de belastingaanslag min de betalingskorting uiterlijk op de eerste vervaldag (de datum waarop de eerste betalingstermijn vervalt) op de bankrekening van de Belastingdienst is bijgeschreven. Dit betekent dat u het bedrag van de belastingaanslag op tijd moet overmaken in verband met de verwerkingstijd van de bank. Op het aanslagbiljet kunt u zien op welke dag de eerste vervaldag valt.
....Als u niet het juiste bedrag betaalt of als u te laat betaalt waardoor het bedrag niet vóór of op de eerste vervaldag op de bankrekening van de Belastingdienst is bijgeschreven, vervalt het recht op de betalingskorting….’
7. Registratie van de betalingskorting in de COA
De registratie van de kortingsregeling vindt plaats in DACAS. In DACAS zijn immers alle gegevens vastgelegd. Als de klant tijdig betaalt, wordt hem de betalingskorting daadwerkelijk verleend. Dit kunt u in DACAS zien. Het bedrag van de genoten betalingskorting en de tekst ‘KORTING’ zijn dan opgenomen.
Als in het lopende jaar, na de eerste vervaldag, een vermindering wordt verleend, moet een eventueel genoten korting worden gecorrigeerd (teruggenomen). De COA corrigeert de korting nooit als die maximaal € 5 bedraagt. Is de genoten korting hoger dan € 5, dan corrigeert de COA de genoten korting. In de Handleiding Centrale Ontvangers Administratie (HCOA) is aangegeven dat het gecorrigeerde kortingsbedrag wordt gearchiveerd. In DACAS wordt dat dan opgenomen als ‘CORR. KORTING’.
Wordt vóór de eerste vervaldag de belastingaanslag verminderd en is er nog geen betalingskorting verleend, wordt de nieuw berekende betalingskorting opgenomen als ‘NW AANB. KORTING’. Is er inmiddels wel betalingskorting verleend dan wordt ‘KORTING NA VERM.’ opgenomen in DACAS.
De registratie van de betalingskorting is in de Handleiding COA opgenomen
In de GOA is het niet nodig om voorzieningen te treffen voor de kortingsregeling. Als u de invordering van bijvoorbeeld een voorlopige aanslag IB/PVV, of Waz heeft overgenomen, kan het voorkomen dat een betaling wordt gedaan, waarop een korting van toepassing is. In dat geval ontvangt u een CBA-bericht met een bedrag dat lager is dan het (openstaande) bedrag van de voorlopige aanslag. Toch is in dit bericht een ‘A’ opgenomen omdat de COA de aanslag als voldaan beschouwt. Hierdoor zal het GOA-systeem de aanslag archiveren omdat dan automatisch een actie ‘*ARCH’ wordt opgevoerd.