Het bestuur van de Sociale Verzekeringsbank,
Gelet op artikel 17, vijfde lid, van de Algemene Kinderbijslagwet;
Artikel 1
In dit besluit wordt verstaan onder:
a.
de AKW: de
Algemene Kinderbijslagwet ;
b.
de Bank: de Sociale Verzekeringsbank;
d.
een kind: een eigen kind, een aangehuwd kind of een pleegkind als bedoeld in
artikel 7, eerste lid, of
artikel 26, eerste lid, AKW waarvoor kinderbijslag is aangevraagd of dat van invloed is op de hoogte van de kinderbijslag, en ten opzichte waarvan men niet van de verplichting tot het opgeven van wijzigingen is ontslagen;
e.
de partner: de man of vrouw met wie de aanvrager een huishouden vormt.
1.
Dit besluit is van toepassing op:
a.
de persoon die kinderbijslag ontvangt of hiervoor in aanmerking wenst te komen;
b.
de partner van degene die kinderbijslag ontvangt of hiervoor in aanmerking wenst te komen, mits de partner zelf recht heeft op kinderbijslag;
c.
de persoon aan wie op grond van
artikel 21 AKW kinderbijslag wordt uitbetaald.
2.
Dit besluit is ook van toepassing als de in het eerste lid bedoelde personen of het kind waarvoor kinderbijslag is aangevraagd, buiten Nederland wonen.
1.
Indien degene op wie dit besluit van toepassing is de verplichting om op verzoek informatie te verstrekken als bedoeld in
artikel 15 AKW, niet binnen de door de Sociale Verzekeringsbank daarvoor vastgestelde termijn is nagekomen, of een verplichting, genoemd in de
artikelen 3 tot en met 16 van de Controlevoorschriften AKW, niet of niet behoorlijk is nagekomen, wordt de kinderbijslag tijdelijk gedeeltelijk geweigerd.
2.
De weigering, bedoeld in het eerste lid, vindt plaats door een bedrag, dat met inachtneming van
artikel 4 is vastgesteld, in mindering te brengen op de eerstvolgende termijn of termijnen van de kinderbijslag.
3.
Indien gedurende vijf jaren niet geëffectueerd kan worden, omdat er geen recht bestaat op kinderbijslag of de uitbetaling daarvan, vervalt het in mindering te brengen bedrag.
4.
In afwijking van het eerste lid vindt geen weigering plaats maar wordt een schriftelijke waarschuwing gegeven indien het niet tijdig nakomen van de verplichting om op verzoek informatie te verstrekken als bedoeld in
artikel 15 AKW, niet heeft geleid tot het ten onrechte of tot een te hoog bedrag verlenen van kinderbijslag, tenzij:
a.
door de Bank ter zake van het niet tijdig nakomen van de verplichting reeds een schorsingsbeslissing is genomen; of
b.
het niet nakomen van de verplichting plaatsvindt binnen een periode van twee jaar, te rekenen vanaf de datum waarop aan de mededelingsplichtige reeds eerder een zodanige waarschuwing is gegeven.
1.
Bij het na een schriftelijk rappel of een schriftelijke waarschuwing niet binnen twee weken, dan wel op een door de Bank nader vast te stellen tijdstip, nakomen van een verplichting als bedoeld in de
artikelen 3 en
5 tot en met 16 van de Controlevoorschriften AKW, wordt een bedrag van € 22,– in mindering gebracht op de kinderbijslag.
4.
Indien binnen twee jaren na de dag waarop een weigering als gevolg van het niet nakomen van één of meer verplichtingen aan de belanghebbende is bekend gemaakt, opnieuw een verplichting niet wordt nagekomen, wordt een bedrag van € 34,– in mindering gebracht op de kinderbijslag.
Artikel 5
Indien ten genoegen van de Bank aannemelijk wordt gemaakt dat het niet nakomen van een verplichting zoals opgelegd in de
Controlevoorschriften AKW niet kan worden verweten aan degene aan wie de verplichting is opgelegd, worden de
artikelen 3 en
4 niet toegepast.
Artikel 6
Indien ten genoegen van de Bank aannemelijk wordt gemaakt dat het niet nakomen van een verplichting zoals opgelegd in de
Controlevoorschriften AKW aan degene aan wie de verplichting is opgelegd in verminderde mate kan worden verweten, wordt het bedrag dat is vastgesteld met toepassing van
artikel 4 gehalveerd.
Artikel 7
Dit besluit treedt in werking twee dagen na plaatsing in de Staatscourant.
Artikel 8
Dit besluit wordt aangehaald als: Maatregelbesluit AKW.
Amstelveen, 26 januari 1996