De Raad van Bestuur van de Centrale Organisatie Werk en Inkomen,
Gelet op hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht;
a.
de wet
de
Wet Structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen ;
c.
een klacht
een schriftelijke of mondelinge uiting van ongenoegen over de wijze waarop CWI zich in een bepaalde aangelegenheid heeft gedragen.
1.
Een ieder heeft het recht om schriftelijk of mondeling een klacht in te dienen bij CWI over de wijze waarop CWI zich jegens hem of een ander heeft gedragen.
2.
Een gedraging van een persoon, werkzaam onder de verantwoordelijkheid van CWI, wordt aangemerkt als een gedraging van CWI.
3.
Een schriftelijk ingediende klacht wordt ondertekend en bevat ten minste:
a.
de naam en het adres van de indiener;
c.
een omschrijving van de gedraging waartegen de klacht zich richt.
4.
Voor het indienen van schriftelijke klachten stelt CWI op een voor iedereen zichtbare, toegankelijke en bereikbare plaats een klachtenformulier beschikbaar.
1.
De behandeling van de klacht vindt plaats door de naasthogere manager van de medewerker op wiens gedraging de klacht betrekking heeft.
2.
Klachten die betrekking hebben op een lid van de Raad van bestuur, een lid van de Raad van advies of een lid van een commissie als bedoeld in
artikel 7 van de wet, worden behandeld door voorzitter van de Raad van bestuur, de Raad van advies respectievelijk de commissie.
3.
Zodra CWI naar tevredenheid van de klager aan diens klacht is tegemoet gekomen, vervalt de verplichting tot verdere toepassing van
paragraaf 3 en
4 van deze klachtenregeling.
1.
CWI is niet verplicht de klacht te behandelen als deze betrekking heeft op een gedraging:
a.
waarover reeds eerder een klacht is ingediend die met inachtneming van
paragraaf 3 of
4 van de klachtenregeling is behandeld;
b.
die langer dan een jaar voor indiening van de klacht heeft plaatsgevonden;
c.
waartegen door de klager bezwaar gemaakt had kunnen worden;
d.
waartegen door de klager beroep kan of kon worden ingesteld;
e.
die door het instellen van een procedure aan het oordeel van een andere rechterlijke instantie dan een administratieve rechter onderworpen is of onderworpen is geweest of;
f.
zolang ter zake daarvan op bevel van de officier van justitie een opsporingsonderzoek of een vervolging gaande is of als de gedraging deel uitmaakt van de opsporing of vervolging van een strafbaar feit ter zake waarvan op bevel van de officier van justitie een opsporingsonderzoek of een vervolging gaande is.
2.
CWI is niet verplicht de klacht te behandelen als het belang van de klager of het gewicht van de gedraging kennelijk onvoldoende is.
3.
Van het niet in behandeling nemen van de klacht wordt de klager zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van het klaagschrift schriftelijk in kennis gesteld.
1.
Een mondeling ingediende klacht wordt mondeling behandeld.
2.
Als CWI niet naar tevredenheid van de klager aan diens mondelinge klacht is tegemoet gekomen, biedt CWI klager de mogelijkheid zijn klacht schriftelijk toe te lichten. De
artikelen 8 en
9 van deze klachtenregeling zijn vervolgens van overeenkomstige toepassing op mondeling ingediende klachten.
1.
CWI zendt binnen vijf werkdagen na ontvangst van de klacht een ontvangstbevestiging aan de klager.
2.
De ontvangstbevestiging bevat ten minste een beschrijving van de procedure en de te verwachten behandelingsduur van de klacht.
3.
Degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft ontvangt een afschrift van de klacht, de ontvangstbevestiging en van de daarbij behorende stukken.
1.
CWI stelt de klager en degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft in de gelegenheid te worden gehoord.
2.
CWI kan de toepassing van het eerste lid achterwege laten als de klager heeft verklaard geen gebruik te willen maken van het recht om gehoord te worden of als de klacht kennelijk ongegrond is.
3.
CWI maakt van het horen een verslag.
1.
CWI handelt een klacht binnen zes weken na ontvangst af.
2.
CWI kan wegens bijzondere omstandigheden de afhandeling voor ten hoogste vier weken verdagen.
3.
CWI doet van de verdaging schriftelijk mededeling aan de klager en aan degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, onder vermelding van de reden van verdaging en de nieuwe termijn waarbinnen de afhandeling van de klacht naar verwachting zal kunnen plaatsvinden.
1.
CWI stelt de klager schriftelijk en gemotiveerd in kennis van de bevindingen van het onderzoek naar de klacht en van de eventuele conclusies die hij daaraan verbindt.
2.
In de kennisgeving bedoeld in het voorgaande lid, wijst CWI de klager op de mogelijkheid om binnen een jaar na de datum van klachtafhandeling een klacht in te dienen bij de Nationale Ombudsman.
3.
CWI draagt zorg voor registratie van de bij hem ingediende schriftelijke klachten.
4.
CWI publiceert jaarlijks de geregistreerde klachten.
Artikel 11. Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking op de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Amsterdam, 17 december 2002
Centrale organisatie werk en inkomen ,
voorzitter Raad van bestuur