Wet van 10 april 2008, houdende bepalingen houdende regeling van de inwerkingtreding van de Binnenvaartwet (Invoeringswet Binnenvaartwet)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is de invoering van de Binnenvaartwet te regelen, alsmede een aantal wetten waarin wordt verwezen naar de Binnenschepenwet, de Wet vervoer binnenvaart en de Wet vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart aan te passen aan de Binnenvaartwet;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
2.
De krachtens
artikel 28, eerste lid, van de Binnenschepenwet met het toezicht op de naleving van
die wet of de Herziene Rijnvaartakte belaste ambtenaren zijn eveneens belast met het toezicht op de naleving van de
Binnenvaartwet en de Herziene Rijnvaartakte.
Artikel 17
Ten aanzien van aanvragen ter verkrijging van een certificaat van onderzoek, een meetbrief, een vaarbewijs, een medische verklaring, een verklaring met betrekking tot de vereiste kennis en bekwaamheid om een schip te voeren, een scheepsregistratienummer of een ontheffing op grond van respectievelijk de
Binnenschepenwet , de
Wet vervoer binnenvaart of de
Wet vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart , ingediend ten minste vier weken voor het tijdstip van inwerkingtreding van de desbetreffende artikelen van de
Binnenvaartwet , blijft op de behandeling daarvan het recht zoals dat gold voor dat tijdstip van toepassing.
Artikel 18
Indien tegen een besluit krachtens respectievelijk de
Binnenschepenwet , de
Wet vervoer binnenvaart of de
Wet vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart , voorafgaande aan de inwerkingtreding van de
Binnenvaartwet , een bezwaar- of beroepschrift is ingediend, blijven op de behandeling daarvan de regelen bij of krachtens de
Binnenschepenwet , de
Wet vervoer binnenvaart en de
Wet vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart , zoals die luidden voor dat tijdstip, van toepassing.
Artikel 19
Op rechtsgedingen, welke bij het in werking treden van de
Binnenvaartwet aanhangig zijn, blijven ten aanzien van de rechterlijke bevoegdheid en van de rechtsvordering, zowel in eerste aanleg als in verdere instantie, de regelen bij of krachtens de
Binnenschepenwet , de
Wet vervoer binnenvaart en de
Wet vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart van toepassing, zoals deze gelden ten tijde van de inleidende dagvaarding.
Artikel 21
[Wijzigt de Coördinatiewet uitzonderingstoestanden.]
Artikel 22
[Wijzigt de Coördinatiewet uitzonderingstoestanden.]
Artikel 25
[Wijzigt de Wet op de economische delicten.]
Artikel 26
[Wijzigt de Wet tot wijziging van bepalingen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens.]
b.
de
Wet vervoer binnenvaart ;
c.
de
Wet vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart .
Artikel 36
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Artikel 37
Deze wet wordt aangehaald als: Invoeringswet Binnenvaartwet.
Gegeven te 's-Gravenhage, 10 april 2008
De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat ,
Uitgegeven de vijftiende mei 2008
De Minister van Justitie ,