Verordening van het Productschap Akkerbouw van 13 november 2009, houdende vaststelling bestemmingsheffing ten behoeve van de teelt van inlands graan in Nederland 2009 (Heffingsverordening PA inlands graan 2009)
Het bestuur van het Productschap Akkerbouw;
Gelet op de artikelen 95 en 126 eerste en vierde lid van de Wet op de bedrijfsorganisatie en de artikelen 8 en 19 van het Instellingsbesluit akkerbouwproductschappen;
Artikel 1
Deze verordening verstaat onder:
productschap: | Productschap Akerbouw; |
secretaris: | secretaris van het productschap; |
ondernemer: | natuurlijke- of rechtspersoon die een onderneming drijft waarvoor het productschap is ingesteld; |
graan: | tarwe, gerst, rogge en haver. |
1.
De ondernemer is verplicht over de hoeveelheden inlands graan voor zover niet bestemd voor diervoeder, welke hij be- of verwerkt of in loon laat verwerken, aan het productschap een heffing te betalen van € 0,- per ton verwerkte hoeveelheid graan. Deze verplichting geldt niet voor de hoeveelheden welke hij in opdracht en voor rekening van telers verwerkt.
2.
In afwijking van het eerste lid geldt voor gerst een tarief van € 0.
3.
De in het eerste en tweede lid bedoelde heffing wordt vastgesteld op basis van de door de ondernemer op verzoek van het productschap verstrekte gegevens door middel van een door het productschap vastgesteld formulier. De
Verordening PA algemene bepalingen 2008 is hierbij van toepassing.
4.
Ook wanneer in een bepaalde periode geen activiteiten hebben plaatsgevonden dient een opgave te worden gedaan.
1.
De ondernemer legt, indien de secretaris daarom verzoekt, een door een accountant afgegeven verklaring over, waaruit blijkt de totale hoeveelheid inlands graan welke door hem is verwerkt of in loon is verwerkt tot producten welke al dan niet na verdere be- of verwerking voor menselijke consumptie kunnen dienen.
2.
De ondernemer is verplicht alle medewerking te verlenen aan de controle door of namens het productschap van de in
artikel 2 bedoelde opgave.
Artikel 4
De ingevolge deze verordening geïnde heffingen zijn bestemd voor het Fonds wetenschappelijk onderzoek en voorlichting inlands graan ter financiering van werkzaamheden, welke zijn gericht op de verbetering in breedste zin van de teelt en verwerking van granen in Nederland.
1.
Indien de ondernemer de gegevens, bedoeld in
artikel 2 niet, niet tijdig of naar het oordeel van de secretaris niet volledig heeft verstrekt, is de secretaris bevoegd namens het bestuur de verschuldigde heffing voor het betreffende jaar ambtshalve bij aanslag vast te stellen.
2.
Indien de heffingsplichtige binnen 21 dagen na ontvangst van de heffingsaanslag bedoeld in het eerste lid, alsnog de gevraagde gegevens verstrekt wordt de aanvankelijk vastgestelde heffing ingetrokken en een nieuwe heffing vastgesteld op basis van de door hem verstrekte gegevens.
3.
Indien het productschap, op verzoek van de ondernemer nadat de termijn genoemd in het tweede lid is verstreken, alsnog overgaat tot wijziging van de ambtshalve vastgestelde heffing, kunnen de voor het productschap daaruit voortvloeiende extra kosten in rekening worden gebracht.
1.
De ingevolge deze verordening verschuldigde heffingsbedragen worden betaald uiterlijk op de eenentwintigste dag volgend op die waarop zij door of vanwege het productschap in rekening zijn gebracht, dan wel, indien de secretaris van het productschap zulks verlangt, voor een door deze te bepalen datum.
2.
Het Hoofdproductschap Akkerbouw wordt gemachtigd de verschuldigde heffingsbedragen in rekening te brengen, in te vorderen en in ontvangst te nemen.
1.
Het productschap kan besluiten nota's van minder dan € 50,- samen te voegen tot verzamelnota's welke betrekking hebben op meerdere perioden.
2.
Indien een ondernemer twee opeenvolgende jaren minder dan € 100,- aan heffing verschuldigd is, blijft de registratieplicht bestaan, maar wordt hij vrijgesteld van de verplichting tot periodieke opgave en betaling van de heffing.
Artikel 8
Aan de ondernemer die niet of niet geheel binnen de in
artikel 6 gestelde termijn heeft betaald, kan door het productschap de wettelijke interest over het niet betaalde bedrag in rekening worden gebracht, te berekenen vanaf de dag waarop de betaling uiterlijk dient te zijn verricht ingevolge de aanmaning bedoeld in
artikel 127, tweede lid, van de Wet op de bedrijfsorganisatie .
Artikel 9
Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2009. Indien het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie waarin deze verordening wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 1 januari 2009, treedt zij in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van dat Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie en werkt terug tot en met 1 januari 2009, met uitzondering van de toepassing van de
Verordening PA algemene bepalingen 2008 .
Artikel 10
Deze verordening wordt aangehaald als: Heffingsverordening PA inlands graan 2009.
Den Haag, 13 november 2008