artikel 4, vierde lid van Handleiding voor de toepassing van de Rijkswet op het Nederlanderschap 2003 toegespitst op het gebruik in Curaçao en Sint Maarten">
Door erkenning wordt ook Nederlander de minderjarige vreemdeling die na zijn geboorte wordt erkend door een Nederlander, die zijn biologische vaderschap bij of binnen een termijn van één jaar na de erkenning aantoont.
Een minderjarige vreemdeling die zeven jaar of ouder is en wordt erkend door een Nederlander verkrijgt het Nederlanderschap indien de Nederlandse erkenner bij of binnen een jaar na de erkenning zijn biologische vaderschap aantoont door middel van een DNA-test van een laboratorium als bedoeld in het
Besluit DNA-onderzoek vaderschap (zie
artikel 4, zesde lid).
Het Nederlanderschap wordt verkregen vanaf de datum van erkenning. Dit kan betekenen dat een kind weliswaar tijdens zijn minderjarigheid wordt erkend, maar pas als hij meerderjarig is verneemt van de bevoegde instantie dat hij het Nederlanderschap heeft verkregen. Dit artikellid geldt vanaf 1 maart 2009.
Voorbeeld
Een minderjarig kind van 17,5 jaar van een Surinaamse ongehuwde vrouw wordt op 1 november 2009 erkend door een Nederlander. Na tien maanden overlegt de Nederlandse erkenner een DNA-test van een laboratorium als bedoeld in het
Besluit DNA-onderzoek waaruit blijkt dat hij met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid de biologische vader is van het kind. Dit betekent dat het kind vanaf de datum van erkenning, 1 november 2009, het Nederlanderschap verkrijgt, ook al verneemt hij dit pas als hij reeds meerderjarig is.