Besluit van 12 februari 1829, waarbij die van 26 december 1818, Stb. 48, en 2 december 1823, Stb. 49, op alle stichtingen van beurzen toepasselijk worden verklaard
Wij WILLEM, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Groot-Hertog van Luxemburg, enz., enz., enz.
Herzien Ons besluit van den 8sten Mei 1814, n°. 147, houdende autorisatie op het Departement van Binnenlandsche Zaken om te beschikken omtrent alles wat de begeving en bevestiging van gedane begevingen van praebenden, kanonisijen en dergelijke beneficien betreft, en zulks op dezelfde wijze, als dit heeft plaats gehad tot op de inlijving der Noordelijke provincien van dit Rijk in Frankrijk;
Herzien Onze besluiten van den 26sten December 1818 ( staatsblad n°. 48), en 2 December 1823 ( staatsblad n°. 49), betreffende het beheer van stichtingen voor de studien;
Hebben besloten en besluiten:
Artikel 1
Onze besluiten van den 26sten December 1818 ( staatsblad n°. 48), en 2 December 1823 ( staatsblad n°. 49), zijn toepasselijk op alle stichtingen van beurzen of andere standgelden ten behoeve van de studien, welke sedert het nemen van laatstgemeld besluit ergens in het Rijk reeds zijn gemaakt, of verder zullen gemaakt worden.
Artikel 2
De gemelde besluiten worden ook toepasselijk verklaard op de oude stichtingen, welke in de provincie Vriesland , ten behoeve der studien bestaan, en bekend zijn onder den naam van Leenen.
Artikel 3
Onze Minister van Binnenlandsche Zaken zal Ons voorstellen kunnen doen om de opgenoemde besluiten mede toepasselijk te maken op andere oude stichtingen, welke daarvoor vatbaar zijn.
Gegeven te Brussel, den 12den Februari des jaars 1829, het zestiende van Onze regering
Uitgegeven den zeventienden Februari 1829.