2.
In de gevallen, bedoeld in dit artikel, wordt het voor elke bevrachter of ontvanger beschikbare gedeelte van de totale laad- of lostijd vastgesteld in de verhouding van het gewicht van de voor hem te vervoeren of vervoerde zaken tot het totale gewicht van de te vervoeren of vervoerde zaken.
3.
Voor zover een bevrachter of ontvanger het voor hem beschikbare gedeelte van de laad- of lostijd overschrijdt, is hij voor elk uur overschrijding een vergoeding verschuldigd, gelijk aan een vijfde gedeelte van het overeenkomstig
artikel 6 vastgestelde overliggeld per tijdvak, tot een maximum, gelijk aan het overliggeld per bedoeld tijdvak.
4.
Indien voor één bevrachter of ontvanger op meerdere plekken of plaatsen moet worden geladen of gelost, wordt de laad- of lostijd of de overligdagen geschorst gedurende het varen naar een volgende laad- of losplaats.
5.
Indien voor meerdere bevrachters of ontvangers op meerdere plekken of plaatsen moet worden geladen of gelost, wordt de laad- of lostijd of de overligdagen geschorst gedurende het varen naar een volgende laad- of losplek en gedurende het varen naar een volgende laad- of losplaats.
6.
Een schorsing als bedoeld in het vierde en vijfde lid gaat in aan het einde van het uur waarin het laden of lossen op de ene plek of plaats is beëindigd en duurt, indien het tijdstip van aankomst op de volgende plek of plaats tussen 06.00 uur en 18.00 uur valt, tot het einde van het uur waarin het tijdstip van aankomst op de volgende plek of plaats valt, ook indien reeds voor het einde van dat uur wordt begonnen met het laden of lossen.
Indien het tijdstip van aankomst op de volgende plek of plaats niet valt tussen 06.00 uur en 18.00 uur, eindigt de schorsing in ieder geval om 06.00 uur van de eerstvolgende werkdag na het tijdstip van aankomst.
7.
In de gevallen bedoeld in het vijfde lid is de vervrachter verplicht om bij aankomst op de ene plek of plaats onverwijld de bevrachter of ontvanger op de eerstvolgende plek of plaats in kennis te stellen van die aankomst.
Voorts is de vervrachter verplicht zijn vertrek naar de volgende plek of plaats aan de bevrachter of ontvanger als bedoeld in de eerste zin van dit lid zo tijdig te berichten, dat deze de nodige maatregelen kan treffen. In elk geval mag de vervrachter niet later berichten dan bij de beëindiging der belading of lossing op de voorafgaande laad- of losplaats.