Besluit van 11 maart 1991, ter uitvoering van artikel 85, vijfde lid, van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van onze Minister van Justitie van 18 juli 1990, Stafafdeling Wetgeving Nieuw Burgerlijk Wetboek nr. 24355/690;
Gelet op artikel 85, vijfde lid, van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek;
De Raad van State gehoord (advies van 27 augustus 1990, nr. W03.90.0338);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 28 februari 1991, Stafafdeling Wetgeving Nieuw Burgerlijk Wetboek, nr. 46958/91/6;
Hebben goedgevonden en verstaan:
2.
In het geval dat de schadeloosstelling wordt bepaald in de vorm van een rente mag het gekapitaliseerde bedrag een bedrag van € 137 000 per reiziger niet te boven gaan.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek in werking treedt.
’s-Gravenhage, 11 maart 1991
De Minister van Justitie,
Uitgegeven de eenentwintigste maart 1991
De Minister van Justitie,