Besluit van 11 maart 1991, ter uitvoering van artikel 1182 van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 18 juli 1990, Stafafdeling Wetgeving Nieuw Burgerlijk Wetboek nr. 24355/690;
Gelet op artikel 1182 van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek;
De Raad van State gehoord (advies van 27 augustus 1990, nr. W03.90.0334);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 28 februari 1991, Stafafdeling Wetgeving Nieuw Burgerlijk Wetboek, nr. 46943/91/6;
Hebben goedgevonden en verstaan:
1.
De schadevergoeding die de verhuizer op grond van een door hem aangegane verhuisovereenkomst mogelijkerwijs is verschuldigd wegens het niet nakomen van de op hem uit hoofde van de
artikelen 1173 en
1174 rustende verplichtingen, is beperkt tot een bedrag van € 23 000.
2.
Indien de verhuizer in één en dezelfde overeenkomst op zich neemt meer dan één inboedel te verhuizen is zijn in het eerste lid bedoelde aansprakelijkheid beperkt tot een bedrag van € 23 000 per inboedel.
Artikel 2
Een bedrag van € 23 van de geleden schade blijft voor risico van de opdrachtgever.
Artikel 3
Het besluit van 15 juli 1983, Stb. 353 wordt ingetrokken.
Artikel 4
Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek in werking treedt.
’s-Gravenhage, 11 maart 1991
De Minister van Justitie,
Uitgegeven de eenentwintigste maart 1991
De Minister van Justitie,