{**}
Rechtenmedia.nl - Juridische Online Uitgeverij  Rechtennieuws.nl | Jure.nl | Maxius.nl | Parlis.nl | Rechtenforum.nl | Vacatures | MijnWetten.nl | AdvocatenZoeken.nl | Rechtentotaal.nl
» Energiewijzer « advertorial
Bespaar geld en stap over!
Energiewijzer.nl, eerlijk over energie.

Juridische vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature

Powered by Jbmatch.nl

Inhoudsopgave
Artikel 1
Artikel 2
Artikel 2a
Artikel 2b
Artikel 2c
Artikel 2d
Artikel 2e
Artikel 3
Artikel 4
Artikel 5
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht
Jurisprudentie
Voorbeelden van het gebruik van deze artikel(en) in rechterlijke uitspraken

Besluit beperking kring verzekerden Ziekenfondswet

Bwb-id:
Officiele titel:
Citeertitel:
Ook bekend als:
Soort regeling:
Wetsfamilies:
Eerst verantwoordelijk ministerie:

Geldigheidsdatum:
Ingangsdatum:
Let op. Deze wet is vervallen op 1 januari 2006. U leest nu de tekst die gold op -.
Besluit van 24 december 1986, houdende beperking kring verzekerden Ziekenfondswet
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van 11 november 1986, DGVGZ/VTA/VZ/VV, nr. 36172;
Gelet op artikel 3, negende lid, van de Ziekenfondswet;
Gehoord de Ziekenfondsraad (adviezen van 2 april 1986 nr. SVV/VERZ/4670, 26 juni 1986, nr.SVV/VERZ/17 832 en 8 augustus 1986 nr. JA/16 386);
De Raad van State gehoord (advies van 19 december 1986 nr. W13.86.0589);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van 23 december 1986, DGVGZ/VTA/VZ/VV, nr. 36850;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1
Van de verzekering ingevolge artikel 3, eerste lid, onder a, van de Ziekenfondswet zijn uitgezonderd:
a. degene die loon of uitkering ontvangt, in aanvulling op een uitkering op grond van de verplichte verzekering ingevolge de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering , en die niet uit hoofde van laatstgenoemde uitkering verzekerd is of wordt ingevolge de Ziekenfondswet ;
b. degene die bij of krachtens artikel 7 van de Ziektewet als werknemer in de zin van die wet wordt beschouwd met ingang van de dag nadat dat artikel een jaar op hem van toepassing is of zoveel eerder als de werkloosheidsuitkering is gedaald tot minder dan 70% van het dagloon, en die zijn woonplaats heeft buiten het Rijk, op het grondgebied van een staat waar hij noch krachtens de Verordening van de Raad van de Europese Gemeenschappen, dan wel de toepassing van zodanige verordening krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte noch krachtens een verdrag recht heeft op verstrekkingen, welke in beginsel worden verleend ten laste van de Algemene Kas bedoeld in artikel 1q van de Ziekenfondswet;
c. degene die bij of krachtens artikel 8 a , van de Ziektewet als werknemer in de zin van die wet wordt beschouwd en die zijn woonplaats heeft buiten het Rijk, op het grondgebied van een staat waar hij noch krachtens de Verordening van de Raad van de Europese Gemeenschappen, dan wel de toepassing van zodanige verordening krachtens de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, noch krachtens een verdrag recht heeft op verstrekkingen welke in beginsel worden verleend ten laste van de Algemene Kas bedoeld in artikel 1q van de Ziekenfondswet;
d. degene die bij of krachtens artikel 7 van de Ziektewet als werknemer in de zin van die wet wordt beschouwd en aan wie door toepassing van artikel 16, derde lid, van de Werkloosheidswet geen uitkering ingevolge die wet wordt verleend.
1.
Van de verzekering ingevolge artikel 3, eerste lid, onder a, van de Ziekenfondswet zijn uitgezonderd:
a. degene die bij of krachtens artikel 7 van de Ziektewet als werknemer in de zin van die wet wordt beschouwd en die uit hoofde van de dienstbetrekking ter zake van de beëindiging waarvan hij recht heeft op een uitkering op grond van de verplichte verzekering ingevolge de Werkloosheidswet , overeengekomen vaste, naar tijdsruimte en in geld vastgestelde inkomsten ontvangt, indien deze inkomsten tezamen met de uitkering ingevolge de Werkloosheidswet op jaarbasis meer bedragen dan het in artikel 3, eerste lid, onder a, van de Ziekenfondswet genoemde bedrag en indien zijn uitkering ingevolge de Werkloosheidswet wordt berekend naar het maximum dagloon, bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Coördinatiewet Sociale Verzekering, tenzij hij op de dag, voorafgaande aan die, waarop dit het geval is, verzekerd was op grond van de Ziekenfondswet ;
b. degene die bij of krachtens artikel 8a, van de Ziektewet als werknemer in de zin van die wet wordt beschouwd en die uit hoofde van de dienstbetrekking waarin hij niet meer of nog slechts ten dele werkzaam is vanwege de arbeidsongeschiktheid ter zake waarvan hij recht heeft op een arbeidsongeschiktheidsuitkering op grond van de verplichte verzekering ingevolge de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering , overeengekomen vaste, naar tijdsruimte en in geld vastgestelde inkomsten of invaliditeitspensioen ontvangt, indien deze inkomsten en dit pensioen tezamen met de arbeidsongeschiktheidsuitkering op jaarbasis meer bedragen dan het in artikel 3, eerste lid, onder a, van de Ziekenfondswet genoemde bedrag en indien zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering ingevolge de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering wordt berekend naar het maximum dagloon, bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Coördinatiewet Sociale Verzekering, tenzij hij op de dag, voorafgaande aan die, waarop dit het geval is, verzekerd was op grond van de Ziekenfondswet ;
c. degene die bij of krachtens artikel 8a van de Ziektewet als werknemer in de zin van die wet wordt beschouwd, en die deelneemt, dan wel op de dag, voorafgaande aan de dag waarop dat artikel op hem van toepassing werd, deelnam aan een publiekrechtelijke ziektekostenregeling voor ambtenaren, bedoeld in artikel 4, zestiende lid, onder b, van de Ziekenfondswet .
d. degene die bij of krachtens artikel 8a van de Ziektewet als werknemer in de zin van die wet wordt beschouwd en uitsluitend uit hoofde van zijn arbeidsverhouding, bedoeld in artikel 8b, eerste lid, onder b, van die Wet, waarin hij niet of slechts nog ten dele werkzaam is, een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangt op grond van de verplichte verzekering ingevolge de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering , berekend naar een mate van arbeidsongeschiktheid van minder dan 45%.
2.
Bij de toepassing van het eerste lid, onder a en b, wordt tot het einde van een kalenderjaar geen rekening gehouden met wijzigingen van het dagloon, welke na 1 november van het voorafgaande kalenderjaar plaatsvinden of hebben plaatsgevonden.
3.
Ten aanzien van de in het eerste lid, onder a of b, bedoelde persoon die recht heeft op een vervolguitkering ingevolge de Werkloosheidswet onderscheidenlijk de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering , wordt onder dagloon verstaan, het dagloon waarnaar voor hem de loondervingsuitkering ingevolge die wetten zou zijn berekend indien de duur daarvan nog niet zou zijn verstreken.
1.
Van de verzekering ingevolge artikel 3, eerste lid, onder a, b en d, van de Ziekenfondswet is uitgezonderd degene wiens vaste, naar tijdsruimte en in geld vastgestelde inkomen uit een of meer rechtsverhoudingen die afzonderlijk bezien rechtsgrond zouden vormen voor verzekering ingevolge artikel 3, eerste lid, onder b of d, van de Ziekenfondswet, in voorkomend geval vermeerderd met het loon, bedoeld in artikel 3, vierde en vijfde lid, van de Ziekenfondswet, meer bedraagt dan het in artikel 3, eerste lid, onder a, van de Ziekenfondswet bedoelde bedrag.
2.
Voor de toepassing van het eerste lid is artikel 3, vierde lid, onder b, c, d en e en e, van de Ziekenfondswet, van overeenkomstige toepassing.
1.
Van de verzekering ingevolge artikel 3, eerste lid, onder a, van de Ziekenfondswet, is uitgezonderd degene die bij of krachtens artikel 8a van de Ziektewet, als werknemer in de zin van die wet wordt beschouwd, en die recht heeft, dan wel op de dag, voorafgaande aan de dag waarop dat artikel op hem van toepassing werd, recht had op medische zorg krachtens een regeling van een op grond van artikel 3, eerste lid, onder d, dan wel artikel 14, tweede lid, van het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen 1999 aangewezen volkenrechtelijke organisatie.
2.
Van de verzekering ingevolge artikel 3, eerste lid, onder b, van de Ziekenfondswet, zijn uitgezonderd:
a. degene die recht heeft op een arbeidsongeschiktheidsuitkering ingevolge de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen , indien hij recht heeft, dan wel op de dag, voorafgaande aan de dag waarop zijn recht op die uitkering ingaat, recht had op medische zorg krachtens een regeling van een op grond van artikel 3, eerste lid, onder d, dan wel artikel 14, tweede lid, van het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen 1999 aangewezen volkenrechtelijke organisatie;
b. degene die recht heeft op een uitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet , indien degene op grond van wiens overlijden recht op die uitkering bestaat, op de dag, voorafgaande aan de dag waarop het recht op die uitkering ingaat, recht had op medische zorg krachtens een regeling van een op grond van artikel 3, eerste lid, onder d, dan wel artikel 14, tweede lid, van het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen 1999 aangewezen volkenrechtelijke organisatie;
c. degene die recht heeft op een uitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet , indien hij recht heeft dan wel op de dag, voorafgaande aan de dag waarop het recht op die uitkering ingaat, recht had op medische zorg krachtens een regeling van een op grond van artikel 3, eerste lid, onder d, dan wel artikel 14, tweede lid, van het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen 1999 aangewezen volkenrechtelijke organisatie.
Artikel 2c
Van de verzekering ingevolge artikel 3, eerste lid, onder a, van de Ziekenfondswet is uitgezonderd degene die onmiddellijk voorafgaand aan 1 januari 1994 een invaliditeitspensioen in de zin van artikel 7, eerste lid, onder b, van de Wet privatisering Spoorwegpensioenfonds genoot en die onmiddellijk voorafgaand aan de inwerkingtreding van dit artikel ingevolge artikel 2, achtste, tiende of elfde lid, van het Aanwijzingsbesluit verplicht-verzekerden Ziekenfondswet niet verzekerd was ingevolge de Ziekenfondswet .
Artikel 2d
Van de verzekering ingevolge artikel 3, eerste lid, onder a, van de Ziekenfondswet is uitgezonderd degene wiens arbeidsverhouding met inachtneming van artikel 3 van de Ziektewet juncto een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 8b van de Ziektewet wordt aangemerkt als dienstbetrekking in de zin van de Ziektewet en die tevens,
a. ambtenaar is in de zin van de Ambtenarenwet , dan wel
b. behoort tot het personeel, bedoeld in de titels 12 en 13 van hoofdstuk 1 van het Rechtspositiebesluit WPO/WEC, dan wel
c. bij een bijzondere instelling voor hoger beroepsonderwijs, bedoeld in de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek , behoort tot het onderwijspersoneel, benoemd in een functie met een maximumschaal van 10 of hoger, of tot de leden van het college van bestuur of tot de centrale directie, dan wel
d. bij een door het Rijk bekostigde bijzondere school voor voortgezet onderwijs als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs , behoort tot het onderwijzend personeel of tot de leden van de directie of tot de centrale directie, dan wel
e. bij een door het Rijk bekostigde bijzondere instelling als bedoeld in artikel 1.1.1, onderdeel b, 12.3.8 of 12.3.9 van de Wet educatie en beroepsonderwijs, behoort tot het onderwijzend personeel of tot de leden van het college van bestuur of tot de centrale directie, dan wel
f. bij een innovatie- en praktijkcentrum als bedoeld in artikel 1.1.1, onderdeel b1, van de Wet educatie en beroepsonderwijs, behoort tot het onderwijzend personeel of tot de leden van het college van bestuur of tot de centrale directie, dan wel
g. bij een kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven als bedoeld in artikel 1.1.1, onderdeel b2, van de Wet educatie en beroepsonderwijs, behoort tot de consulenten of de directie, dan wel
h. behoort tot door Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, in voorkomend geval in overeenstemming met Onze Minister die het mede aangaat aan te wijzen groepen van personen.
Artikel 2e
Van de verzekering ingevolge artikel 3, eerste lid, onder a, van de Ziekenfondswet is uitgezonderd degene die uitsluitend uit hoofde van een arbeidsverhouding als overheidswerknemer in de zin van artikel 1, onderdeel l, van de Wet overheidspersoneel onder de werknemersverzekeringen een uitkering op grond van de Werkloosheidswet ontvangt, tenzij hij op grond van die arbeidsverhouding verplicht verzekerd was, of uitsluitend in verband met overschrijding van de voor de verplichte ziekenfondsverzekering geldende loongrens niet verplicht verzekerd was.
Artikel 3
De verzekering ingevolge artikel 3d, eerste lid, van de Ziekenfondswet eindigt met ingang van de eerste dag van de maand waarin de verzekerde de leeftijd van 65 jaar bereikt.
1.
Van de verzekeringsduur, genoemd in artikel 3d, eerste lid, van de Ziekenfondswet is uitgezonderd:
a. de periode in enig kalenderjaar, waarin geen belastingplicht bestaat in de zin van de Wet op de inkomstenbelasting 2001 ;
b. de periode in enig kalenderjaar, waarin buitenlandse belastingplicht bestaat in de zin van de Wet inkomstenbelasting 2001 gedurende de periode waarin nog geen winst wordt genoten uit een Nederlandse onderneming, bedoeld in afdeling 7.2 van de Wet inkomstenbelasting 2001, die feitelijk voor eigen rekening wordt gedreven;
c. de periode in enig kalenderjaar, waarin binnenlandse belastingplicht bestaat in de zin van de Wet inkomstenbelasting 2001 zonder dat op enig moment in die periode winst wordt genoten uit een onderneming als bedoeld in paragraaf 3.2.1. van de Wet inkomstenbelasting 2001, die feitelijk voor eigen rekening wordt gedreven.
2.
Onze Minister kan in overeenstemming met Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Onze Minister van Financiën, nadere regels stellen ter uitvoering van het eerste lid.
Artikel 5
Dit besluit kan worden aangehaald als: Besluit beperking kring verzekerden Ziekenfondswet.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.
's-Gravenhage, 24 december 1986
De Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur,
Uitgegeven de dertigste december 1986
De Minister van Justitie,