Besluit van 21 september 1998 tot algemeen verbindendverklaring van het beleggerscompensatiestelsel van 17 september 1998 op grond van artikel 28a, tweede lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 en artikel 84, tweede lid van de Wet toezicht kredietwezen 1992
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Financiën van 17 september 1998, BGW 98/2254-M, Generale Thesaurie, Directie Binnenlands Geldwezen, Afdeling Effectenwezen;
Gelet op artikel 28a, tweede lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 en artikel 84, tweede lid van de Wet toezicht Kredietwezen 1992;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1
De effecteninstellingen, bedoeld in
artikel 28a, eerste lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 zijn verplicht mee te werken aan de uitvoering van het beleggerscompensatiestelsel, overeengekomen in de Collectieve Garantieregeling van Kredietinstellingen voor Terugbetaalbare Gelden en Beleggingen en in de Beleggerscompensatieregeling van Effecteninstellingen voor Vorderingen van Beleggers, waarover op 17 september 1998 overeenstemming is bereikt tussen Stichting Toezicht Effectenverkeer, De Nederlandsche Bank N.V. en de betrokken representatieve organisaties, welke regelingen als bijlage bij dit besluit zijn gevoegd.
Artikel 2
Het besluit van 25 juni 1996 tot algemeen verbindendverklaring van de collectieve garantieregeling van 23 mei 1996 op grond van artikel 84, tweede lid, van de Wet toezicht kredietwezen 1992 (Stb 344) komt te vervallen.
Artikel 2a
In de regelingen die als bijlage bij dit besluit zijn gevoegd, wordt voor« de Stichting Toezicht Effectenverkeer» telkens gelezen «de Stichting Autoriteit Financiële Markten».
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.
's-Gravenhage, 21 september 1998
De Minister van Financiën,
Uitgegeven vierentwintigste september 1998
De Minister van Justitie,