Besluit van 20 december 1958, houdende voorzieningen in verband met de overdracht van de werkzaamheden van de Rijksseruminrichting en het Staatsveeartsenijkundig Onderzoekingsinstituut aan de Stichting voor Diergeneeskundig Onderzoek
Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening van 17 december 1958, No. J. 3668, Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken;
Overwegende, dat de werkzaamheden van de Rijksseruminrichting te Rotterdam en het Staatsveeartsenijkundig Onderzoekingsinstituut te Amsterdam met ingang van 1 januari 1959 zullen worden overgenomen door de Stichting voor Diergeneeskundig Onderzoek, gevestigd te 's-Gravenhage;
Gelet op artikel 99, eerste lid, der Veewet,
Hebben goedgevonden en verstaan:
1.
De Rijksseruminrichting te Rotterdam en het Staatsveeartsenijkundig Onderzoekingsinstituut te Amsterdam worden opgeheven.
2.
Het Reglement voor de Rijksseruminrichting, vastgesteld bij het Koninklijk besluit van 29 juli 1913, Stb. 338, wordt ingetrokken.
1.
Als inrichtingen van onderwijs en van wetenschappelijk onderzoek, waarop de Veewet niet van toepassing is, worden aangewezen de inrichtingen van onderwijs en van wetenschappelijk onderzoek, behorende tot de faculteit der diergeneeskunde van de Rijksuniversiteit te Utrecht, en de inrichtingen van de Stichting voor Diergeneeskundig Onderzoek, gevestigd te 's-Gravenhage.
2.
Het Koninklijk besluit van 6 juni 1922, No. 42, Stcrt. 114, tot uitvoering van artikel 99, eerste lid, der Veewet, wordt ingetrokken.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 1959.