Besluit van 25 november 2002, houdende aanpassing van enkele algemene maatregelen van bestuur op het terrein van OCenW aan de Vreemdelingenwet 2000 en wijziging van het Bekostigingsbesluit WPO in verband met een verlaging van de drempel voor de groeiregeling (Aanpassingsbesluit van enkele amvb's aan de Vreemdelingenwet 2000 en wijziging Bekostigingsbesluit WPO (verlaging drempel groeiregeling))
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, Maria J.A. van der Hoeven, van 13 september 2002, nr. WJZ/2002/33743 (2582), directie Wetgeving en Juridische Zaken;
Gelet op de artikelen 69, tweede lid, 120, eerste lid, 122, eerste lid, en 185, eerste lid, van de Wet op het primair onderwijs, artikel 117, eerste lid, van de Wet op de expertisecentra en artikel 16, tweede lid, en 233, eerste lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs;
De Raad van State gehoord (advies van 26 september 2002, nr. W05.02.0407/III);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, van 18 november 2002, nr. WJZ/2002/37119 (2582);
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel I
[Wijzigt het Bekostigingsbesluit WPO.]
Artikel III
[Wijzigt het Besluit trekkende bevolking WPO.]
Artikel V
[Wijzigt het Formatiebesluit W.V.O.]
Artikel VI
[Wijzigt het Inrichtingsbesluit W.V.O.]
1.
De
artikelen I, onderdeel A, en
III van dit besluit treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, waarbij wordt bepaald dat deze terugwerken tot en met 1 april 2001.
2.
De
artikelen I, onderdeel B, en
VII van dit besluit treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, waarbij wordt bepaald dat artikel I, onderdeel B, terugwerkt tot en met 1 januari 2002.
3.
De koninklijke besluiten, bedoeld in het eerste en tweede lid, worden niet genomen voordat vier weken zijn verstreken nadat dit besluit is overgelegd aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, en evenmin indien binnen die termijn door of namens de Tweede Kamer de wens te kennen wordt gegeven dat het in de
artikelen I,
III en
VII van dit besluit geregelde onderwerp bij wet wordt geregeld.
4.
De
artikelen II,
IV,
V en
VI van dit besluit treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst, en werken terug tot en met 1 april 2001.
's-Gravenhage, 25 november 2002
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,
Uitgegeven de drieëntwintigste december 2002
De Minister van Justitie,