Beschikking registratie legbatterijen
De minister van Landbouw en Visserij,
Gelet op artikel 2, zesde lid, van het Besluit legbatterijen (Stb. 1988, 418);
1.
Om aan te tonen dat een kooi vóór de inwerkingtreding van het
Besluit legbatterijen (Stb. 1988, 418) voor het eerst in gebruik is genomen dienen pluimveehouders een verklaring af te leggen overeenkomstig het daartoe vastgestelde formulier dat verkrijgbaar is bij de districtsbureauhouder van het ministerie van Landbouw en Visserij in wiens werkgebied het bedrijf van de pluimveehouder is gelegen.
2.
Bij de in het eerste lid bedoelde verklaring dienen te worden overgelegd:
a.
bescheiden omtrent het aanschaffen van de kooi dan wel boekhoudgegevens waaruit de aanschaf blijkt, dan wel andere bescheiden, die de aanschaf aantonen of aannemelijk maken;
b.
bescheiden, die het eerste gebruik vóór de inwerkingtreding van het besluit aantoont of aannemelijk maakt.
Artikel 2
Voor kooien waarvoor ingevolge de regeling van de staatssecretaris van Landbouw en Visserij van 28 augustus 1984, nr. J 4002 (Stcrt. 169), is beslist omtrent de na 1 januari 1985 nog toegestane duur van het gebruik, behoeft geen verklaring te worden afgelegd.
1.
Deze regeling treedt in werking op de datum waarop het
Besluit legbatterijen in werking treedt.
2.
Zij kan worden aangehaald als: Beschikking registratie legbatterijen.
3.
Zij wordt in de Staatscourant gepubliceerd.
's-Gravenhage, 30 november 1988
De van Landbouw en Visserij ,