Beleidsvoornemen en subsidieplafond Matra Doelbijdragen Programma
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Gelet op de artikelen 1.1.6, 1.1.7, 1.1.10, 2.1.3, 2.1.4 en 2.1.5 van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken
Artikel 1
Voor subsidieverlening op grond van de
artikelen 2.1.3,
2.1.4 en
2.1.5 van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken geldt voor de periode 1 januari 2001 tot en met 31 december 2001 voor het Matra Doelbijdragen Programma het volgende subsidieplafond: f 1.000.000,-.
.
Voor subsidieverlening op grond van de
artikelen 2.1.3,
2.1.4 en
2.1.5 geldt met betrekking tot het Matra Doelbijdragen Programma het volgende beleidsvoornemen: a. Voor subsidies onder het Matra Doelbijdragen Programma komen in aanmerking activiteiten die strekken tot of dienstig zijn aan de ontwikkeling en de uitvoering van het beleid van de minister ter ondersteuning van de overgang naar pluriforme, democratische rechtstaat en/of het proces van toetreding tot de Europese Unie in landen in Midden- en Oost-Europa voor zover subsidiëring niet mogelijk is met de overige instrumenten van de Subsidieregeling Ministerie van Buitelandse Zaken.
b.
Voor subsidies onder het Matra Doelbijdragen Programma komen uitsluitend activiteiten in aanmerking die betrekking hebben op de landen: Hongarije, Polen, Slowakije, Tsjechië, Estland, Letland, Litouwen, Kroatië, Slovenië, Bulgarije, Roemenië, Belarus, Oekraïne, de Russische Federatie en Turkije.
c.
Subsidie wordt slechts verleend aan rechtspersonen.
d.
De duur van de activiteiten bedraagt ten hoogste één jaar.
e.
De subsidie per aanvraag bedraagt ten hoogste f 500.000,-.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.
De van Buitenlandse Zaken ,