Wet van 10 december 1969, houdende nieuwe regeling van de toekenning van uitkering en van pensioen aan politieke ambtsdragers, zomede van pensioen aan hun nabestaanden
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.
Wet van 10 december 1969, houdende nieuwe regeling van de toekenning van uitkering en van pensioen aan politieke ambtsdragers, zomede van pensioen aan hun nabestaanden
Een pensioen op grond van de tweede of de derde afdeling van deze wet, daaronder niet begrepen de inbouw- en franchisebedragen, wordt telkens aangepast overeenkomstig een aanpassing aan een algemene bezoldigingswijziging, van een pensioen van een gepensioneerde overheidswerknemer in de zin van de Wet privatisering ABP die werkzaam is geweest in de sector Rijk.
Indien aan een gepensioneerde overheidswerknemer, als bedoeld in het eerste lid, een eenmalige uitkering wordt toegekend, wordt aan degene die recht heeft op een pensioen, als bedoeld in dat lid, overeenkomstig een eenmalige uitkering toegekend.
Onze Minister stelt regels voor de toepassing van het eerste en het tweede lid. Deze regels werken zonodig terug tot en met de datum waarop een pensioenaanpassing is ingegaan of recht is ontstaan op een eenmalige uitkering.