Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit van 2 september 2008 tot het vaststellen van uitvoeringsregels omtrent het verkort afdoen van concentratiemeldingen
De Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit,
Gelet op de artikelen 3:48 en 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht jo. paragrafen 1 tot en met 3 van hoofdstuk 5 van de Mededingingswet;
Artikel 2
De ACM zal vermelding van de motivering van de in
artikel 37 van de Mededingingswet bedoelde mededeling in beginsel achterwege laten indien de mededeling inhoudt dat voor het tot stand brengen van de gemelde concentratie geen vergunning is vereist, en geen van de volgende omstandigheden zich voordoet:
b.
de mededeling wijkt af van een door de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) met betrekking tot de gemelde concentratie aan de ACM uitgebrachte zienswijze of van een door het Commissariaat voor de Media aan de ACM uitgebracht advies;
c.
bij de behandeling van de gemelde concentratie is gebleken van relevante bezwaren van belanghebbende derden tegen die concentratie.
Artikel 3
In de in
artikel 2 onder b en c bedoelde gevallen kan de ACM besluiten de motivering van de mededeling ten aanzien van de daar bedoelde zienswijze, resp. het daar bedoelde advies of bezwaar te vermelden en de motivering voor het overige achterwege te laten.
Artikel 5
Het Besluit omtrent het afdoen van concentratiemeldingen door middel van een verkort besluit wordt ingetrokken.
Artikel 6
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.
Artikel 7
Dit besluit wordt aangeduid als: ACM Uitvoeringsregel verkorte afdoening.
Den Haag, 2 september 2008.
De Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit,