De Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur
en de Minister van Economische Zaken
en de Minister van Onderwijs en Wetenschappen,
Overwegende dat de algemene financieel-economische situatie noopt tot beheerste kostenontwikkelingen in de gezondheidszorg;
Overwegende dat de aanvaardbaar geachte kostenontwikkelingen, zowel de trendmatige als de structurele, jaarlijks in het Financieel Overzicht Zorg (FOZ) tot uitdrukking worden gebracht;
Overwegende dat de feitelijke kostenontwikkelingen bij de algemene, categorale en academische ziekenhuizen in 1991 tot een overschrijding van de aanvaardbaar geachte kostenontwikkelingen hebben geleid;
Overwegende dat van deze overschrijdingen een bedrag van f 136 mln via budgetkortingen dient te worden geredresseerd;
Voorts overwegende dat het kabinet, daarbij gesteund door het parlement, heeft besloten in het kader van de Tussenbalans aan de academische en de algemene topziekenhuizen een in de jaren 1992, 1993 en 1994 te realiseren taakstelling van f 75 mln op te leggen voor de verdeling van de topzorg;
Overwegende dat de taakstelling 1992 geheel aan de academische ziekenhuizen is opgelegd, en dat de taakstelling 1993 geheel bij de algemene topziekenhuizen dient te worden gelegd;
Gelet op artikel 14 van de Wet tarieven gezondheidszorg, (Stb. 1980, 646) laatstelijk gewijzigd bij wet van 20 november 1991;
Gehoord het Centraal orgaan tarieven gezondheidszorg (brief van 22 oktober 1992, kenmerk Ho/mvd/A/069, vastgesteld in de vergadering van 19 oktober 1992);
Na schriftelijke mededeling te hebben gedaan aan de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal (brief van 27 oktober 1992, kenmerk VMP/O-922582);
1.
Aan het Centraal orgaan tarieven gezondheidszorg worden de in de bijlagen bij dit besluit neergelegde aanwijzingen als bedoeld in
artikel 14 van de Wet tarieven gezondheidszorg, laatstelijk gewijzigd bij wet van 20 november 1991 (Stb. 1991, 584) gegeven, betrekking hebbend op de algemene en de categorale, respectievelijk de academische ziekenhuizen.