Aanwijzing gegevensdragers statistieken goederenverkeer
De Minister van Economische Zaken,
Gelet op artikel 18 van de Statistiekwet 1950;
Artikel 1
Voor het doen van de in
artikel 16 van de Statistiekwet 1950 bedoelde opgave kan gebruik worden gemaakt van de volgende gegevensdragers:
a.
de formulieren die bij
verordening (EEG) nr. 3590/92 van de Commissie van 11 december 1992 betreffende de gegevensdragers voor de statistiek van de handel tussen de Lid-Staten (PbEG L 364) zijn vastgesteld;
b.
de door het Centraal Bureau voor de Statistiek opgestelde Intrastat-formulieren, waarvan de modellen worden vastgesteld overeenkomstig de onderdelen van de bij deze regeling behorende bijlage;
c.
het Enig Document, bedoeld in
verordening (EEG) nr. 679/85 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 18 februari 1985 betreffende de invoering van het model van aangifteformulieren dat in het goederenverkeer binnen de Gemeenschap dient te worden gebruikt (PbEG L 79);
d.
computerbestanden waarvan de indeling naar het oordeel van het Centraal Bureau voor de Statistiek overeenkomt met die van de in onderdeel b bedoelde modellen.
Artikel 2
Bij het doen van de in
artikel 16 van de Statistiekwet 1950 bedoelde opgave kan gebruik worden gemaakt van de volgende procedures:
b.
toezending van een op papier vervaardigde weergave van een computerbestand als bedoeld in
artikel 1, onder d;
d.
verstrekking van een computerbestand als bedoeld in
artikel 1, onder d, langs electronische weg via een stelsel van Electronic Data Interchange waarop het Centraal Bureau voor de Statistiek is aangesloten.
Artikel 3
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 1993.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst met uitzondering van de bijlage, die ter inzage wordt gelegd. Van deze terinzagelegging zal mededeling worden gedaan in de Staatscourant).
De van Economische Zaken ,
directeur-generaal van de statistiek