Rechtenmedia.nl - Juridische Online Uitgeverij  Rechtennieuws.nl | Jure.nl | Maxius.nl | Parlis.nl | Rechtenforum.nl | Vacatures | MijnWetten.nl | AdvocatenZoeken.nl | Rechtentotaal.nl
» Energiewijzer « advertorial
Bespaar geld en stap over!
Energiewijzer.nl, eerlijk over energie.

Juridische vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature

Powered by Jbmatch.nl

Inhoudsopgave
Artikel 1
Artikel 2
Artikel 3
Artikel 4
Artikel 5
Artikel 6
Artikel 7
Artikel 7a
Artikel 8
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Parlement
Documenten bij de totstandkoming van (deze versie van) de wet.

Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht

Wet tot reorganisatie van het spoorwegbedrijf

Bwb-id:
Officiele titel:
Citeertitel:
Soort regeling:
Wetsfamilies:
Eerst verantwoordelijk ministerie:

Geldigheidsdatum:
Ingangsdatum:
Let op. Deze wet is vervallen op 1 januari 2005. U leest nu de tekst die gold op -.
Wet van 26 mei 1937, tot reorganisatie van het spoorwegbedrijf
Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of hooren lezen, salut! doen te weten:
Alzoo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenschelijk is het spoorwegbedrijf te reorganiseeren;
Zoo is het, dat Wij, den Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel 1
Onze Ministers van Waterstaat en van Financiën worden gemachtigd om voor en namens het Rijk voor zooveel noodig in samenwerking met de N. V. Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen (hierna aangeduid als S.S.) en met de N. V. Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij (hierna aangeduid als H.S.) en met afwijking van met deze Maatschappijen gesloten, door de wet bekrachtigde overeenkomsten:
a. oprichting te bevorderen van een naamlooze vennootschap "N. V. Nederlandsche Spoorwegen" overeenkomstig de bij deze wet in ontwerp gevoegde statuten met een aandeelenkapitaal van f 10 000 000, waarvan bij de oprichting één aandeel van f 1000 zal worden gesteld ten name van S.S. en één ten name van H.S., en de overige aandeelen door het Rijk worden genomen;
b. over te dragen in eigendom aan de onder a genoemde naamlooze vennootschap de thans ingevolge de overeenkomsten 1890 S.S./H.S. verhuurde Staatsspoorwegen met de overhoeken, welke naar het oordeel van die vennootschap voor het bedrijf noodig zijn, alsmede de op anderen voet aan S.S. of H.S. verhuurde eigendommen, welke het Rijk voor zijn dienst niet meer behoeft, tegen betaling door die vennootschap aan het Rijk van een bedrag van f 10 000 000. Voor zooveel de eigendom van deze spoorwegen na 1921 door naasting is verkregen, vervallen met de overdracht de uit dien hoofde nog op het Rijk, S.S. of H.S. rustende verplichtingen en komen de verplichtingen tot betaling van naastingsprijzen en tot het dragen van uit deze betalingen voortvloeiende lasten te rusten op de N. V. Nederlandsche Spoorwegen;
c. mede te werken tot liquidatie van S.S. en H.S. en tot overdracht van alle eigendommen, rechten en verplichtingen van elk dezer Maatschappijen aan de N. V. Nederlandsche Spoorwegen, met uitzondering van rechten en verplichtingen betreffende obligaties, schuldbekentenissen of aandeelen aan toonder, die ingevolge artikel 3 kunnen worden ingewisseld tegen schuldbewijzen van het Rijk.
Artikel 2
Alle rechten en verplichtingen, welke S.S. of H.S. bij overeenkomst of krachtens vergunning hebben verkregen of aanvaard en welke krachtens artikel 1 onder c door de N. V. Nederlandsche Spoorwegen worden overgenomen, gaan op het tijdstip dezer overneming aan deze naamlooze vennootschap over, alsof die overeenkomsten met haar gesloten, en die vergunningen aan of door haar verleend waren.
Artikel 3
Onze Minister van Financiën wordt gemachtigd tot uitgifte van schuldbewijzen ten laste van het Rijk tot een nominaal bedrag van ten hoogste f 450 millioen, ten einde deze schuldbewijzen te doen strekken ter inwisseling van obligaties en schuldbekentenissen afgegeven door of thans loopende ten laste van S.S. of H.S., alsmede van de aandeelen aan toonder dezer Maatschappijen, voor zoover niet door een van beide gehouden.
Deze uitgifte zal geschieden op tijdstippen, welke Onze Minister van Financiën dienstig zal achten.
Artikel 4
Bij de in artikel 3 bedoelde uitgifte zullen de volgende bepalingen gelden: Uitvoeringsvoorschriften. Rekening. Schulddelging
a. De voorwaarden van de uitgifte der schuldbewijzen worden door Onzen Minister van Financiën vastgesteld;
b. Van de uitgifte der schuldbewijzen wordt na afloop een rekening afgelegd, welke na door de Algemeene Rekenkamer te zijn nagezien en accoord bevonden aan de Staten-Generaal wordt medegedeeld;
c. De schuldbewijzen worden vóór de uitgifte door de Algemeene Rekenkamer geregistreerd en van een bewijs dier registratie voorzien;
d. Onverminderd het bepaalde in het volgend lid zal de schuld, welke krachtens deze wet wordt gevestigd, worden gedelgd in ten hoogste 50 jaren te beginnen in het jaar volgende op dat, waarin de uitgifte plaats vindt;
e. De bevoegdheid tot versterkte delging van de krachtens deze wet gevestigde schuld wordt voorbehouden; Provisie
Onder de voorwaarden van de uitgifte kan worden opgenomen, dat krachtens deze wet uitgegeven schuldbewijzen met de daarbij behoorende rentebewijzen vrijgesteld zijn van alle Nederlandsche belastingen, welke van schuldbewijzen ten laste van Nederland en de daarbij behoorende rentebewijzen mochten worden geheven. Vrijstelling van zegelrecht
De biljetten van inschrijving voor en de nota’s van toewijzing van de krachtens deze wet uitgegeven schuldbewijzen zijn vrij van zegelrecht.
a. Aan de bankiers, de makelaars in effecten en de commissionnairs in effecten, door wier tusschenkomst obligaties of aandeelen aan toonder ter inwisseling worden aangeboden, kan over het nominaal bedrag der door hen ter inwisseling geleverde stukken een provisie worden toegekend van ten hoogste 3/8 pct. (drie achtsten ten honderd).
b. In het geval bij het vorig lid voorzien kan mede aan de bankiers, van wier kantoren wordt gebruik gemaakt, voor de bemiddeling bij de inwisseling, het in ontvangst nemen van de obligaties of van de aandeelen aan toonder en de afgifte van de schuldbewijzen over het nominaal bedrag der door hun tusschenkomst ingeleverde stukken een vergoeding worden toegekend van ten hoogste 3/8 pct. (drie achtsten ten honderd). Vrijstelling van belastingen
Artikel 5
De rente en aflossing door het Rijk verschuldigd terzake van de ingevolge artikel 3 dezer wet uitgegeven schuldbewijzen komen met ingang van den dag, waarop S.S. en H.S. in liquidatie treden, ten laste van de N. V. Nederlandsche Spoorwegen, een en ander met uitzondering van de rente en aflossing van een gedeelte groot f 140 millioen, welke ten laste blijven van het Rijk.
De obligaties en schuldbekentenissen ten laste van S.S. en H.S., en aandeelen aan toonder, welke ingevolge artikel 3 ter inwisseling tegen schuldbewijzen ten laste van het Rijk bij Onzen Minister van Financiën zijn ingeleverd, gaan met ingang van den datum, waarop S.S. en H.S. in liquidatie treden, in eigendom over aan de N. V. Nederlandsche Spoorwegen.
De N. V. Nederlandsche Spoorwegen zal aan het Rijk terugbetalen de bedragen, welke het Rijk alsnog verplicht zal zijn te storten op de te zijnen name staande aandeelen van S.S. en H.S.
Artikel 6
Onze Minister van Waterstaat wordt gemachtigd om van Onzentwege aan de N. V. Nederlandsche Spoorwegen concessie voor de haar op te dragen exploitatie van spoor- en tramwegen te verleenen.
Alle bij of krachtens de wet vastgestelde of nader vast te stellen bepalingen betreffende den dienst en het gebruik van spoor- en tramwegen zijn, voor zoover daarin niet door deze wet wordt voorzien, toepasselijk op de spoor- en tramwegdiensten, uitgeoefend door de N. V. Nederlandsche Spoorwegen.
Artikel 7
Alle krachtens deze wet opgemaakte stukken, daaronder begrepen de akten, benoodigd voor de in artikel 1 omschreven rechtshandelingen, zijn vrij van zegel en van het recht van registratie.
Artikel 7a
Deze wet is met ingang van de dag waarop de Wet personenvervoer ( Stb. 1987, 175) in werking treedt niet meer van toepassing op het vervoer van personen.
Artikel 8
Deze wet treedt in werking met ingang van den dag, volgende op dien harer afkondiging.
Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat alle Ministerieele Departementen, Autoriteiten, Colleges en Ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven ten Paleize het Loo, den 26sten Mei 1937
De Minister van Waterstaat,
De Minister van Financiën,
Uitgegeven den zeven en twintigsten Mei 1937.
De Minister van Justitie,