Wet van 2 november 1995, tot wijziging van een aantal sociale verzekeringswetten
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om de bepalingen inzake het toekennen van bonusuitkeringen en opleggen van geldelijke bijdragen aan werkgevers, neergelegd in hoofdstuk IIIB van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet, af te schaffen, alsmede in de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering en de Werkloosheidswet bepalingen op te nemen ter bevordering van de reïntegratie;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel I
[Wijzigt de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet.]
Artikel II
[Wijzigt de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering.]
Artikel V
[Wijzigt de Wet financiering volksverzekeringen.]
Artikel VI
[Wijzigt de Wet arbeid gehandicapte werknemers.]
Artikel VII
[Wijzigt de Wijzigingswet Ziektewet, enz. (terugdringing arbeidsongeschiktheidsvolume).]
Artikel IX
[Wijzigt de Wet boeten, maatregelen en terug- en invordering sociale zekerheid.]
Artikel X
[Wijzigt de Algemene burgerlijke pensioenwet.]
Artikel XI
[Wijzigt de Wet financiële voorzieningen privatisering ABP.]
Artikel XII
[Wijzigt de Algemene militaire pensioenwet.]
Artikel XIII
Paragraaf 1 van hoofdstuk IIIB van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet , zoals deze paragraaf luidde vóór de datum van inwerkingtreding van
artikel I, onderdeel F, van deze wet, blijft van kracht voor bonusuitkeringen als bedoeld in die paragraaf:
b.
die vóór de datum van inwerkingtreding van
artikel I, onderdeel F, van deze wetzijn aangevraagd en betrekking hebben op een vóór die datum aangegane dienstbetrekking, doch die eerst op of na die datum door de bedrijfsvereniging worden toegekend,
c.
die op of na de datum van inwerkingtreding van
artikel I, onderdeel F, van deze wetworden aangevraagd, betrekking hebben op een vóór die datum aangegane dienstbetrekking en tot het toekennen waarvan de bedrijfsvereniging bevoegd is.
Artikel XIV
Paragraaf 2 van hoofdstuk IIIB van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet , zoals deze paragraaf luidde vóór de datum van inwerkingtreding van
artikel I, onderdeel F, van deze wet, blijft van toepassing op geldelijke bijdragen die aan de bedrijfsvereniging verschuldigd zijn op grond van
artikel 59 i , tweede lid, van die wet voor personen wier eerste dag van ongeschiktheid tot werken, bedoeld in het eerste lid van dat artikel, is gelegen vóór 1 juli 1993.
Artikel XV
Paragraaf 3 van hoofdstuk IIIB van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet , zoals deze paragraaf luidde vóór de datum van inwerkingtreding van
artikel I, onderdeel F, van deze wet, met uitzondering van artikel 59 n , zevende lid, blijft van kracht voor loonkostensubsidies als bedoeld in die paragraaf:
a.
die vóór de datum van inwerkingtreding van
artikel I, onderdeel F, van deze wet door de bedrijfsvereniging zijn toegekend,
1°.
een dienstbetrekking als bedoeld in
artikel 59 n , eerste lid, onderdeel a , van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet die vóór die datum is aangegaan dan wel
2°.
op het laten verrichten van arbeid in een aangepaste dan wel in een andere functie als bedoeld in
artikel 59 n , eerste lid, onderdeel b , van die wet , indien de aanvang van die werkzaamheden vóór die datum is gelegen, doch die eerst op of na die datum door de bedrijfsvereniging worden toegekend,
c.
die op of na de datum van inwerkingtreding van
artikel I, onderdeel F, van deze wetworden aangevraagd en betrekking hebben op een dienstbetrekking als bedoeld in
artikel 59 n , eerste lid, onderdeel a , van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet die vóór die datum is aangegaan of op het laten verrichten van arbeid in een aangepaste dan wel in een andere functie als bedoeld in
artikel 59 n , eerste lid, onderdeel b , van die wet , indien de aanvang van die werkzaamheden vóór die datum is gelegen.
4.
De door het in het derde lid genoemde Fonds arbeidsongeschiktheidsverzekering overheidspersoneel met toepassing van
artikel 51 van de Wet privatisering ABP nog te betalen bonusuitkeringen als bedoeld in dat artikel, alsmede de door het vorengenoemde Fonds arbeidsongeschiktheidsverzekering overheidspersoneel met toepassing van dat artikel nog te verlenen restitutie van geldelijke bijdragen als bedoeld in dat artikel, die betrekking hebben op perioden gelegen voor de datum van inwerkingtreding van
artikel I, onderdeel F, van deze wet, komen ten laste van het vorengenoemde Fonds arbeidsongeschiktheidsverzekering overheidspersoneel.
Artikel XVII
De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Artikel XVIII
Deze wet wordt aangehaald als: Wet afschaffing malus en bevordering reïntegratie.
Gegeven te 's-Gravenhage, 2 november 1995
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
De Minister van Binnenlandse Zaken,
De Staatssecretaris van Defensie,
Uitgegeven de achtentwintigste november 1995
De Minister van Justitie,