Opsporing overtredingen Prijzenwet Aanwijzing opsporingsambtenaren
De Minister van Justitie,
in overleg met de Ministers van Sociale Zaken en Volksgezondheid, van Economische Zaken en van Financiën:
Gezien het schrijven van de Minister van Economische Zaken van 17 april 1969, Dir.-Gen. IH/DPM, nr. 269/4728;
Gelet op de artikelen 2, 3, 6 en 11 van de Prijzenwet en de artikelen 1, onder 3°, en artikel 17, lid 1, onder 2°, van de Wet op de economische delicten,
a.
de ambtenaren van de Loontechnische Dienst;
b.
de ambtenaren van de Accountantsdienst van het Ministerie van Economische Zaken, voor zover daartoe nader aangewezen door het hoofd van die dienst;
c.
de ambtenaren van de Centrale Accountantsdienst van het Ministerie van Financiën, voor zover daartoe nader aangewezen door het hoofd van die dienst;
2.
te bepalen, dat deze beschikking zal worden geplaatst in de Nederlandse Staatscourant en in werking zal treden met ingang van de dag, volgende op die der bekendmaking.
's-Gravenhage, 22 april 1969