4.
Bij een regeling mag een feit dat vóór haar inwerkingtreding is geschied, niet strafbaar of zwaarder strafbaar worden gesteld.
Toelichting:
Het toekennen van terugwerkende kracht brengt op zichzelf geen verandering in de feiten zelf mee, maar in de rechtsgevolgen daarvan. De mogelijkheid tot het verlenen van terugwerkende kracht wordt beperkt door internationale en nationale wettelijke bepalingen (zie de toelichting bij
aanwijzing 166).
Bij belastende regelingen betekent terugwerkende kracht in beginsel een aantasting van de rechtszekerheid van de burger. Een reden voor het toekennen van terugwerkende kracht kan zijn de noodzaak tot het plotseling laten gelden van een nieuwe regeling om te voorkomen dat burgers maatregelen treffen waardoor de regeling haar beoogde effect ontbeert of zelfs een tegenovergesteld effect sorteert. Alsdan kan de grensdatum van de terugwerkende kracht samenvallen met de datum waarop van betrokkenen redelijkerwijs kan worden gevergd dat zij reeds voorafgaande aan de inwerkingtreding met de verandering in de regelgeving rekening hielden. Voorts kan gedacht worden aan gevallen waarin de regelgeving een achterstand heeft opgelopen ten opzichte van in de praktijk noodzakelijk gebleken ontwikkelingen die legalisering achteraf behoeven. Legalisering dient dan wel op zo kort mogelijke termijn te geschieden, opdat de periode waarover de regeling terugwerkt, beperkt blijft. Zie voor een nadere beschouwing over de uitzonderlijke gevallen waarin aan belastende regelingen terugwerkende kracht kan worden toegekend: de beleidslijn bij het toekennen van terugwerkende kracht aan belastende fiscale maatregelen, zoals omschreven in Kamerstukken II 1996/97, 25 212, nrs 1-3. Deze beleidslijn kan ook worden toegepast buiten het terrein van de fiscale regelgeving.
Zie voor het het toekennen van terugwerkende kracht aan gedelegeerde regelingen CRvB 20 oktober 1983 (AB 1984, 100).
Het kan wenselijk zijn in een regeling voorzieningen te treffen waardoor kan worden voorkomen dat op een gegeven moment wijziging met terugwerkende kracht de enig denkbare oplossing is: zie bijvoorbeeld
artikel 31 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen.
Bij het achteraf legaliseren van praktische ontwikkelingen verdient het de voorkeur gebruik te maken van specifieke constructies als bekrachtiging en conversie in plaats van terugwerkende kracht, vergelijk bij voorbeeld de
artikelen 39 en
79, respectievelijk
50 en
86 Overgangswet voor het Nieuw Burgerlijk Wetboek .
Zie voor een kwestie waarbij de inhoud van het vierde lid in het geding was het nader rapport bij het initiatiefvoorstel tot wijziging van de Interimwet beperking varkens- en pluimveehouderijen (Bijvoegsel Stcrt. 1986, 218).